9 MEI 1985
511
De heer SCHARFF
De zorg die door de heer Crul is uitgesproken, voel ik precies
zo aan. Wat dat betreft verraste mij de informatie die mij gis
teren in de commissie bereikte, toch enigszins. Ik had in mijn
hoofd zitten dat er een automatiseringsplan aan zat te komen,
terwijl ik gisteren begreep dat er eerst een informatiebeleids
plan komt en dan nog eens een keer een automatiseringsplan. Dan
kun je dus wel op je vingers natellen, dat het weer een paar
jaar duurt, voordat dat rond is. Ik denk dat als we hier praten
over een beleidsterrein, dat zowel in volle ontwikkeling als in
snelle verandering is, dat het eigenlijk niet kan dat je zonder
zicht op een visie naar de toekomst toe, althans dat ontbreekt
ons als raad, tot dit soort besluiten komt. Vandaar dat ik mijn
grootst mogelijke twijfels heb over dit soort voorstellen.
De heer DE HOOGH
Toen ik gisterenavond naar huis ging, dacht ik van wat heb ik
nou eigenlijk in de commissie gedaan. Voor mij is de voornaam
ste vraag bij dit voorstel, zoals het op tafel ligt en even
grofweg kijkend naar de CBT-problematiekwat in feite de
formele en de materiële binding is. Ik denk dat er op dit mo
ment twee punten spelen. In het voorstel wordt gewag gemaakt
van de vierde generatie software. Niet helder wordt uit de al
thans voor de raad ter beschikking gestelde stukken, in hoever
re die zaken spelen in de sfeer van er is geen weg meer terug.
De trein rijdt en moet door. Aan de andere kant zit er, naar de
formele materiële binding kijkend, in het besluit voor mijn ge
voel toch een tegenstelling. Punt 1 en 2 staan haaks op
elkaar. In punt 1 zou de raad zeggen: akkoord met de
meerjarenbegroting en in punt 2 tegelijkertijd: nee, die zaak
moet toch worden aangepast. Ik had hier graag wat meer
duidelijkheid over. Ik kan me herinneren dat er gisterenavond
van de kant van het college is gesproken over dit voorstel als
zijnde een tussensprint jeOp zich heb ik geen bezwaar tegen
tussensprintjesmaar misschien dat dan het karakter van die
tussensprint wat meer kan worden verduidelijkt.
De heer BOKKELKAMP
De discussies nopen mij, zoals ze tot nu toe gevoerd zijn in de
raad, tot een aantal opmerkingen. Theoretisch gezien is een in
formatiebeleidsplan bijna een automatiseringsplan. Ik denk ook
dat beide zaken aan elkaar gekoppeld kunnen worden, zeer zeker
gezien de vergaande situatie, waarbij een eerste versie van het
automatiseringsplan al aanwezig was. Dat was ongeveer pakweg te
gen septer er vorig jaar. Het is toen teruggenomen door de heer
Van Dun er k denk dat dat weinig moeite zal kosten. Op zich is
een informatiebeleidsplan en een automatiseringsplan een juiste
situatie maar ik ben het met iedere spreker voor mij eens, dat
het wel op een zeer korte termijn, naast elkaar in ieder geval,
naar ons toe moet komen. Ik ga even in op het verhaal van de
heer De Hoogh. Ik heb gisterenavond ook een aantal vragen ge
steld over de vierde generatie software. Ik heb daar mijn beden
kingen over, want theoretisch is dat allemaal nog niet zo heel