9 MEI 1985 527 en ik weet dus hoe ik het besluit zal moeten interpreteren. De VOORZITTER Zoals het hier staat. De heer HENDRICKS Kennelijk komt de wethouder zijn toezegging niet na, dan wel heeft hij er in het college geen meerderheid voor kunnen krij gen, hoewel ik me dat niet kan voorstellen, gezien het onbelang rijke aspect in deze zaak. Wethouder RöMKENS Ik kan niet met stelligheid zeggen dat een ruime meerderheid f 14,70 voordeel heeft. Ik zeg nomaals dat een ruime meerder heid een voordeel van f 14,70 kan hebben. Tot slot zijn er op merkingen gemaakt in relatie met een afvalstoffenplanIk heb in de commissie gezegd dat een lokaal afvalstoffenplan afge stemd moet worden op het Stadsgewestelijke afvalstoffenplanTe verwachten is dat dat in de maand juni in de gewestraad komt en ik heb toegezegd dat op de kortst mogelijke termijn daarna ook de locale situatie daarop zal aansluiten. Als de heer Crul dan in zijn motie vraagt om een korte termijn, dan zeg ik: ik heb de toezegging gedaan dat in relatie tot het stadsgewestelijk af valstoff enplan daar een invulling komt en als dat de korte ter mijn is die bedoeld is, dan wil ik die toezegging nog een keer herhalen. Ik heb al duidelijk gemaakt dat het onmogelijk is om een volledige keuzevrijheid als uitgangspunt te nemen, omdat dan, en dat zegt de motie zelf in punt 6, mogelijk een bedrijfs matige aanpak geweld zou worden aangedaan. Ik blijf ook van me ning dat de heer Scharff de mogelijke negatieve invloed op de milieu-aspecten naar mijn mening wat versterkt, temeer tegen de achtergrond van het nadrukkelijke voornemen om in dat afvalstof- fenplan de scheiding aan de bron, als een van de centrale ele menten naar voren te brengen. Wij zullen in het kader van de voorlichting de gescheiden papier- en glasinzameling vooraf door de burger, centraal stellen. Hij heeft zelf de informatie uit eerste hand, dat er op dit ogenblik hard gewerkt wordt aan een voorloper van het afvalstoffenplantoegespitst op de schei ding aan de bron. Ik dacht dat juist zijn informatie daarover, hem gerust moet stellen over de wijze waarop wij daarmee aan het werk zijn. Ik heb het college niet kunnen raadplegen over de motie. Ik ben zelf van mening dat de motie op zich een sympa thieke achtergrond heeft, maar er staat, met name in punt 5, een zaak in die het college in overweging wordt gegeven, waar mee in feite geen recht wordt gedaan aan het uitgangspunt van het voorstel. Ik denk dat dit haaks staat op het voorstel, wat spreekt over een soepele toepassing van de 50 liter mtainers in die situaties waarin dat noodzakelijk is. Ik dacnt dat ik daarmee in de geest van de motie had gehandeld. Ik vraag U of U het noodzakelijk vindt tegen deze achtergrond de motie te hand haven.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1985 | | pagina 527