17 JANUARI 1985
53
Onduidelijk is wel de manier waarop de zaak in praktijk zal wor
den gebracht. Wij doelen daar met name op de milieuverordening
en stadsvernieuwingsplan. Wij nemen aan dat Uw college het ko
mende half jaar met de commissie daarover nader zal willen pra
ten in het kader van het voorkeursrecht gemeenten. De minima
hebben het moeilijk genoeg maar ook
De VOORZITTER
U moet in een zin afronden.
De heer HENDRICKS
Het kan inderdaad in een zin. Het facetbeleid zal in de komende
periode nadrukkelijk aan de orde komen. Voor de ouderen vragen
wij flankerend beleid. Wij zijn bij de sector cultuur buitenge
woon tevreden over de positieve trend maar wij hebben grote pro
blemen met de huidige situatie rondom de bibliotheek. De popmu-
zieksituatie is uitstekend verlopen. De rondgroepjongeren moe
ten onze aandacht hebben. Bij onderwijs zijn we buitengewoon on
gelukkig over de situatie dat er nieuw beleid wordt gecreëerd
uit vroegere hug-voorstellenOok de relatie van het open
baar onderwijs zouden wij in relatie tot het bijzonder onder
wijs graag anders geformuleerd zien via artikel 61. Zoals ik
reeds bij mijn inleiding heb kunnen constateren, kom ik dus
niet toe aan de rol van D'66 als collegepartij en dat was nou
net het meest interessante deel van mijn algemene beschouwing
maar dat zullen we dus moeten bewaren.
Hierna dient de heer Hendricks de volgende motie in.
MOTIE 10
De raad van de gemeente Breda in vergadering bijeen op donder
dag 17 januari 1985, behandelend de begroting voor 1985;
overwegende, dat
a. er kredietoverschrijdinen plaatsvinden;
b. er regelmatig machtigingen verleend worden, zonder raadple
ging van de raad vóóraf;
constaterende, dat
a. de raad het budgetrecht heeft;
b. melding eerst plaatsvindt bij de aanbieding van het
preadvies
van mening zijnde, dat daarmee het budgetrecht van de raad
wordt geschonden;
verzoekt het college
a. bovengenoemde inbreuken op het budgetrecht zoveel mogelijk
te voorkomen;
b. tenminste kredietoverschrijdingen, die toch geconstateerd
worden, onverwijld ter kennis te brengen van de raad;
c. verlening van, in de ogen van het college onvermijdelijke,
vooraf machtigingen eveneens direct aan de raad te melden;