23 MEI 1985
564
gekomen. Deze hele raad voelt in feite geen donder voor die ver
hoging van de o.g.b., sorry voor de wat onparlementaire woord
keus. Ze voelt geen bliksem voor de door U gehanteerde verho
ging van de o.g.b. Als wij als raad op dit moment niet oppas
sen, zit het er straks in dat wij de beraadslagingen te midder
nachtelijk uur kunnen afsluiten zonder dat deze raad enige in
vloed gehad heeft op de Kadernota en dus zal hebben op de be
groting. Ik wil mijn medecompanen in deze raad, mannelijk en
vrouwelijk, toch voorhouden, dat we daar met z'n allen iets aan
moeten doen en dan desnoods nog wat in elkaar moeten gaan schui
ven
De heer MARTENS
Als de meerderheid van de raad ons verzoek met betrekking tot
een onderzoek steunt, dan hebben we tot oktober de tijd.
De heer HENDRICKS
Ik ga maar even verder, want met de heer Martens kan ik altijd
heerlijke discussies voeren.
De VOORZITTER
Nee, want Uw tijd is om.
De heer HENDRICKS
Ik wilde alleen nog even onze moties en amendementen aankondi
gen. Deze hebben nog steeds de nummers 11 tot en met 14. Nr. 14
is gewijzigd in dier voege dat U de termijn van vier maanden
kennelijk wat aan de korte kant vond. Derhalve geef ik U de
tijd om het onderzoek te doen plaatsvinden en te rapporteren
bij de begroting 1986. Ik neem aan dat U derhalve in Uw beant
woording zult instemmen met het doel van dit onderzoek.
De door de heer Hendricks c.s. ingediende amendementen luiden
als volgt:
AMENDEMENT nr. 11
Behorende bij agendapunt 136.
De raad van de gemeente Breda, gelezen het voorstel van b. en
w. betreffende besluitvorming naar aanleiding van de Kadernota
1986;
van mening zijnde, dat
A. 1. de bibliotheekvoorziening, na alle bezuinigingen, als ba
sisvoorziening op een minimumniveau is gekomen;
2. aan het beleid t.a.v. de bibliotheek, zoals verwoord in
de beleidsnota ter zake, mede een goede spreiding ten
grondslag ligt;
B. 1. de dienstverlening door de g.s.d. onder grote druk staat;
2. aantasting van de dienstverlening in de richting van de
cliënten ongewenst is;