13 JUNI 1985
638
het de samenwerking respectievelijk de integratie. Ik heb daar
nu geen nadere vragen over te stellen. Waar ik wel mijn zorgen
over heb, is de zeer onduidelijke toekomst van het geheel, met
name in relatie tot de W.VC-subsidieIk begrijp dat het ont
zettend moeilijk is om daar vanuit het college uitspraken over
te doen. Als je deze subsidiëring nu op je neemt, moet je daar
toch een zekere visie naar de toekomst op hebben. Als het colle
ge daar een visie op heeft, dan zou ik die graag willen horen.
Een derde punt is in feite al aangekondigd door de vorige spre
ker. Het betreft het preadvies, pagina 8 onder punt 3> de mede
zeggenschap. Het college geeft daar een motivering om min of
meer via concept-statuten van de stichting in te grijpen. Als
het college van mening is dat ze in zou moeten grijpen in de
statuten van een dergelijke stichting, dan neem ik aan dat het
college daar ook zeer goede argumenten voor heeft. Als je het
preadvies echter leest, dan kom je tot de conclusie dat ze in
feite alleen maar een mening ventileert, namelijk: het zou in
de toekomst wel eens een keer tot conflictsituaties kunnen lei
den. Mijn vraag is: heeft U daar concrete aanwijzingen voor?
Als U die niet heeft, en ik heb tot nu toe uit de discussies
geen duidelijke aanwijzing gekregen, dan zou het college zich
moeten onthouden van een dergelijke mening i.e. op voorhand in
grijpen in de statuten op grond van een in de toekomst te vre
zen situatie. Deze zaken heb ik nog eens in de overwegingen van
een amendement opgenomen Ik zal deze dadelijk indienen. De
strekking van het amendement is, dat ik vind dat het college
niet op voorhand in de statuten zou mogen ingrijpen. Mochten er
in de toekomst grote problemen ontstaan, dan zal dat bij de
evaluatie wel duidelijk worden. Op dat moment kan er dan nog
eens naar die statuten gekeken worden. Ik zou de raad willen
voorstellen om het onder 7 genoemde besluit te schrappen via
het amendement, dat ik hierbij indien.
Het door de heer SCHARFF ingediende amendement luidt als volgt.
AMENDEMENT
De raad van de gemeente Breda, in vergadering bijeen op 13 juni
1985, behandelend het voorstel van b. en w. inzake de subsi
diëring 1985 van de Stichting I.B.V., agenda nummer 138;
gelet op artikel 30 R.v.O.;
overwegende
1. dat de medezeggenschap van het team, zoals het I.B.V. dat in
met name artikel 12 van de statuten heeft willen regelen, op
fundamentele wijze inhoud geeft aan het streven naar
democratisering binnen een instelling als het I.B.V.
2. dat de door het college uitgesproken vrees voor het ontstaan
van conflictsituaties op grond van de voorgestelde medezeg-
genschapsregeling niet door steekhoudende argumenten
onderbouwd is;