13 JUNI 1985
650
dienstverlening. We zouden dan ook heel nadrukkelijk willen vra
gen om er alles aan te doen om het dit jaar verder uit te bou
wen. We hebben ook nog gesproken over het raakvlak van het werk
van deze stimuleringsfunctionaris naar het I.B.V. In de commis
sie is wel gezegd, dat er zeker raakvlakken zijn, vandaar nu de
ze opmerking. Ze worden nu vastgelegd in de notulen. Misschien
kan de wethouder zeggen of hij daar nog iets mee gedaan heeft.
De heer SCHARFF
Aansluitend op de woorden van mevrouw Paulussen had ik eigen
lijk dezelfde vraag. Ik vraag me af, als je ziet dat in feite
het hele brede terrein van de maatschappelijke dienstverlening
aan de orde komt, waarom deze functie niet bij het I.B.V. wordt
ondergebracht. Er is dan een betere waarborg met name met be
trekking tot de criteria die bij het vrijwilligerswerk aan de
orde komen. Je hebt die dan beter veilig gesteld. Mijn eerste
vraag is: kunt U dat nog nader toelichten? Mijn tweede vraag
is: voor zover ik heb begrepen, is er geen advies gevraagd aan
de emancipatie-adviesraad. Waarom is dat niet gebeurd?
Wethouder RÖMKENS
Mevrouw Paulussen zegt het en in de commissie hebben we er ook
over gesproken: er zijn duidelijk raakvlakken met het I.B.V. We
moeten een onderscheid maken tussen de functie waar het hier om
gaat en de taak van het I.B.V. De taak van het I.B.V. is op de
eerste plaats vraag en aanbod met betrekking tot vrijwilligers
werk met elkaar koppelen. Waar het hier om gaat, is een stimule
ringsfunctie om de beroepskrachten in de maatschappelijke
dienstverlening vrijwilligers-minded te maken. Het is een stuk
ondersteuning in de richting van de beroepskrachten om te wer
ken met vrijwilligers. Dat betekent niet het overnemen van het
werk van beroepskrachten door vrijwilligers, maar het stimule
ren van het werken met vrijwilligers. We hebben het experiment,
dat binnen het maatschappelijk werk, het I.M.W., alleen heeft
plaatsgevonden, willen verbreden tot het totale terrein van de
maatschapelijke dienstverlening. Daarbij is het, ook in de rich
ting van mevrouw Paulussen, de bedoeling dat met name de rela
tie met het I.B.V. daarbij nadrukkelijk wordt meegenomen. Ik
wil mevrouw Paulussen graag toezeggen dat na dit raadsbesluit
effectuering en invulling van die verbreding tot de maatschappe
lijke dienstverlening door ons geïnitieerd wordt op grond van
deze raadsuitspraakIn de richting van de heer Scharff het vol
gende. Het zal duidelijk zijn dat de inhoud van de functie, zo
als ik die net beschreven heb, aangeeft dat het dus niet bij
het I.B.V. thuishoort. De functie waar het hier om gaat is een
andere. Er zijn wel raakvlakken met het I.B.V. en het wordt na
drukkelijk daarbij betrokken. Er is geen advies van de emanci
patie-adviesraad aangevraagd. Daar heeft de heer Scharff gelijk
in. Het ging hierover: het overnemen van een bestaande experi
mentele subsidie door de gemeente, omdat het eerst een recht
streekse subsidiëring in het kader van een experiment was en nu
een onderbrenging binnen een rijksbijdrageregeling. Het ging