27 JUNI 1985
670
is gedacht aan woonbebouwing ter plaatse; daar gaan wij mee ak
koord. Maar waarom wordt dit onderbroken door kantoorbouw. Zal
dat nu de aantrekkelijkheid daar voor het wonen vergroten? Niet
dat wij tegen kantoorvestigingen zijn, verre van dat. Maar of
het juist op die plaats moet, daar hebben wij bedenkingen bij.
Ik refereer even naar de notulering vanuit de commissie Wonen
waar een opmerking gemaakt is door de voorzitter. Ik citeer let
terlijk: "Het college heeft gekozen voor duidelijkheid richting
bewoners, maar indien de raad vraagt naar alternatieven, dan
kan dit alsnog gebeuren". Het moge U duidelijk zijn, dat dit
voor onze fractie nog niet tot tevredenheid strekt en een twee
de motie onzerzijds gaat hierbij. Meerdere zaken zullen van
avond nog de aandacht krijgen door inbreng zeker van de andere
fracties, daar twijfel ik geen ogenblik aan. Toch kan ik U zeg
gen, dat op de eerdergenoemde punten na mijn fractie zal kunnen
instemmen met dit voorstel. Goed wetende dat er voor een aantal
jaren bestemmingen vastliggen en de financiële dekking niet ver
der mag gaan dan voor 1985; dus zeker geen financiële binding
voor de komende jaren. Enkele punten nog, waarover zowel in de
commissie als bij onze fractie geen verschil van mening be
staat, nl. de ondersteuning bij de gesprekken die U als college
nog te voeren hebt met defensie, waarbij de plannen van even
tuele uitbreiding van de K.M.A. richting Valkenberg, niet de ge
makkelijkste zullen zijn. De nu nog in te vullen plannen, bij
voorbeeld Gedempte Haven, geven hopelijk eind november een meer
gedetailleerd inzicht. De verkeersproblematiek Van Coothplein,
parkeren achter de Lange Stallen enz., enz. Ter afronding in
eerste instantie de constatering, dat naast commissie en raad
vele andere groeperingen zich daadwerkelijk hebben ingezet om
een bijdrage te leveren in hun visie op het totale bin-
nenstadsgebeurenOok onze fractie nam kennis van hun zorgen
als we spraken met de winkeliersvereniging Haagdijk. Naar ons
idee heeft het winkeigebeuren daar ter plekke dringend behoefte
aan het opkrikken van de buurt. De Kamer van Koophandel die in
hun veelvoudige opmerkingen door dit voorstel voor een deel wor
den gerustgesteld. Dan nog de gesprekken met de archeologische
vereniging. We moeten constateren dat nog meer inzet kan worden
ontplooid door hen, als de financiële middelen dit zouden toela
ten. De 86 besluiten van weleer worden door allerlei omstandig
heden geweld aangedaan. Toch zijn er reeds meerdere uitgevoerd,
andere zijn gewijzigd of bijgesteld. Dat moet ook maar eens ge
zegd worden en er is ook echt wel wat gebeurd hier in Breda. We
zijn nog niet klaar met de binnenstad, maar dit voorstel geeft
weer een goede aanzet om Breda aantrekkelijk te maken en te hou
den.
De door de heer Goos c.s. ingediende moties luiden als volgt:
MOTIE nr. 1
De raad van de gemeente Breda, in vergadering bijeen op 27 juni
1985;