27 JUNI 1985 703 het preadvies, te blijven hanteren. Als U vraagt aan het colle ge om de verkeersdeskundige deze problematiek op de voet te la ten volgen en maatregelen te nemen wanneer de bevindingen van het C.D.A. juist zijn, dan zou ik het zelfs nog ruimer willen stellen. Wanneer er straks bevindingen zijn die een wijziging moeten bewerkstelligen, dan zal het college natuurlijk maatrege len moeten nemen. Het college heeft er geen enkele moeite mee om deze motie over te nemen. Motie 2 heeft betrekking op het gebied Kloosterlaan-Kloosterplein-Vlaszakwaar het college een kantoorlocatie heeft gedacht en nu dat ook voorstelt. Op die lo catie woningen bouwen zou naar ons inzicht zeer problematisch worden, onder andere door lawaaihinder van het verkeer wat daar langs gaat. Qua oppervlakte zal die locatie nauwelijks een bij drage kunnen leveren aan het versterken van de woonomgeving, terwijl het aan de andere kant qua locatie bijzonder aantrekke lijk is voor de werkgelegenheid. Zelfs Uw suggestie om, ook al vanwege de financiële motieven die daar natuurlijk onderliggen, een combinatie van kantoor met woningbouw te realiseren, is waarschijnlijk niet reëel. Ik zeg dat heel voorzichtig. Daarom wil ik U eigenlijk voorstellen, want ik kan niet anders dan de ze motie de heer Goos en de zijnen te ontraden, dat we de reali teit van een eventuele combinatie wonen met kantoren nog eens een keer in de commissie toetsen. Ik zeg op voorhand dat ik de kans dat daar iets reëels uitkomt, zeer gering acht. Ik moet U deze motie op dit moment namens het college ontraden. Motie 3 is de motie van de V.V.D. die betrekking heeft op het archeolo gisch werk. De motie verzoekt het college te bezien in hoeverre de archeologie op korte termijn kan worden gewaarborgd en vraagt om goed overleg tussen al diegenen die daarbij zijn be trokken. Ik moet U zeggen dat alles wat rond het preadvies ge zegd is, ook de intentie van het college is. Het probleem is geld. We willen eigenlijk allemaal dat die functie wordt inge vuld maar we hebben er geen middelen voor. Het college is op zoek naar dat geld, mogelijkerwijs dat wij dat vinden en dan zullen wij U ter zake natuurlijk bij de begroting nadere voor stellen doen. Te bezien in hoeverre dat op korte termijn kan worden gewaarborgd, is ook de intentie van het college, dus wat dat betreft ook dezelfde argumentatie als in de richting van de CDA-motieDeze stuit bij ons zeker niet op bezwaren. Motie M van de V.V.D. heeft als uitspraak het uiterste te doen om in overleg en in samenwerking met zowel defensie als het bedrijfs leven parkeervoorzieningen te creëren. We hebben daar in het college langdurig over gesproken. Aan de ene kant zijn er stem men die zeggen: is dat eigenlijk om het voornemen van het colle ge, zoals dat ook qua intentie is weggelegd in het preadvies, te ondersteunen? Je zou dan kunnen zeggen dat het een ondersteu nende motie is en dan zou die aanvaardbaar zijn. Aan de andere kant zijn er ook stemmen die zeggen: als je onder druk van het uiterste moet gaan functioneren, dan ontraden we de motie, want dan ligt daar iets in weggelegd van waar zijn de grenzen van het uiterste? Ik geef U even de verschillende gedachten die in het college spelen. Wanneer U zegt dat het een accentuering is

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1985 | | pagina 703