27 JUNI 1985 716 kunnen wij akkoord gaan. Ik wilde toch nog even ingaan op de be antwoording van enkele moties die wij hebben ingediend. U geeft daarbij aan dat, met name wat betreft het samenwerkingsverband, er al een samenwerking is en dat er nu gepraat wordt. Anderen zeggen ook: we delen de zorg en er is al een aanzet. We zijn al leen van mening dat die aanzet te vrijblijvend is en dat er nog heel wat moet gebeuren. Het water moet de diverse participanten tot de lippen staan, wil men daadwerkelijk tot iets komen. Dat het niet binnen een paar maanden te verwezenlijken is of binnen een half jaar, geloven we best, want met name het bedrijfsleven in de kern van de binnenstad is natuurlijk van diverse aard. Je zou er dan wel naar moeten streven om echt adequaat iets te doen. Als je dat niet doet, dan ben je te laat en dat heeft zijn repercussies voor over vier, vijf, misschien zes jaar, waarbij we dan op een gegeven moment voor forse financiële in grepen staan die we dan waarschijnlijk niet kunnen betalen. Wat betreft onze tweede motie, de bebouwing ten behoeve van de K.M.A. voor het Prins BernhardpaviljoenWij hebben toch het ge voel dat er met enige starheid vanuit het college op wordt ge reageerd. Daar wordt gezegd: we hebben gepraat en we moeten daar niet verder over praten. Uiteraard moet het geheel bezien worden in de totale onderhandelingen met defensie. Laten we eer lijk wezen, als we met Den Haag praten, dan praten ze niet over een klein stukje, maar dan praten ze over alle problematieken in Breda. Wij zijn evenwel van mening dat dat overleg toch nood zakelijk is met de K.M.A. want er zijn binnen de K.M.A. zelf, geluiden dat het misschien ook op een andere plaats kan. Dan gaat het ons niet zozeer enkel en alleen om het feit dat wij die K.M.A. niet willen hebben, maar om de groenstructuur die we daar willen hebben. Wij vragen niet om het geheel fors aan te kleden, of om er fiks wat geld tegenaan te gooien, maar laat die relatie in ieder geval open. Misschien om toch nog wat open te breken, wilden we deze motie amenderen. Het gedeelte achter "is;", onder vier tot "verzoekt" wordt geschrapt. Bij motie 9 constateren wij dat iedereen zegt: het is een rotsituatie daar, en de motie is best sympathiek enz. Met alleen wat sympathie kom je weinig verder. We kunnen ons wel voorstellen dat het vóór de begrotingsbehandeling van 1986 wat moeizaam is voor het college om gelijk een heel plan op tafel te leggen, want dat moet dan langs allerlei instanties, dat moet nog getekend worden en er zit ook nog wel wat anders waarschijnlijk. Wij zou den vóór het woord "plan" willen zetten: "aanzet tot". Dan wordt het: "Verzoekt het college voor de behandeling van de begroting 1986 de raad een aanzet tot een plan voor te leggen betreffende", etc. Dan hebt U wat ruimte om te kijken wanneer het wel lukt. Met motie nummer 10 heb ik het gevoel dat we wat langs elkaar heen zitten te praten. Iedereen heeft het uitge breid over de verantwoordelijkheden en de prioriteiten die de politie heeft. Dat staat bij ons uiteraard ook buiten kijf. We denken alleen dat er hele andere mogelijkheden zijn. De verant woordelijkheden en prioriteiten van de politie veranderden ook niet bij de herinrichting van het pleintje op de Veemarkt straat. Op die manier zijn er allerlei andere vormen te vinden en daarom zeggen wij: "zo nodig in overleg met de politie",

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1985 | | pagina 716