11 JULI 1985 767 Wethouder SANDBERG Wanneer de raad die tot dusver slechts via de commissies met in stemming kennis hebben genomen van de brief van burgemeester en wethouders van oktober 1984 nu via een raadsuitspraak middels motie nummer 1 van de P.v.d.A. de brief van het college wil be krachtigen, dan kan het college daar geen enkel bezwaar tegen hebben. Het is dan opnieuw een bevestiging, maar dan vanuit Uw raad, dat wij slechts aansprakelijk zijn voor 1/6 deel vanuit de gemeenschappelijke regeling en het rijk eerstverantwoordelij ke is voor de Shell-verliezenDie erkennen dat overigens niet maar dat is een ander verhaal. De VOORZITTER Het college steunt deze motie. Wethouder SANDBERG De meerderheid van het college is van oordeel bij motie nummer 2 dat eigenlijk de raad een uitspraak doet. Die zit enigermate verscholen in de laatste overweging. Datgene wat ze als haar oordeel uitspreekt, zou bij het college op weinig bezwaar stui ten, maar de zin daarboven waar U zegt dat een oordeel over de effecten een te zware belasting betekent voor het milieu, is vooruitlopen op alle procedures en dat ontraadt het college. De heer HENDRICKS Even iets wat mij niet duidelijk is over motie 2. Is het colle ge daar unaniem tegen of is dat de meerderheid van het college? Ik vind het van belang om dat even te vragen, gegeven de mede-ondertekenaars van deze motie. De VOORZITTER Dat is de meerderheid van het college. Dat is in alle gevallen de meerderheid, behalve bij motie 7 waar ik uitdrukkelijk ge zegd heb dat het unaniem was. Wethouder SANDBERG Motie 3 spreekt als haar oordeel uit dat het thans bestuurlijk niet verantwoord is om op enigerlei wijze mee te werken. Dat staat ook haaks op het preadvies en het zal ook duidelijk zijn dat de meerderheid van het college dat ontraadt. Dan rest mij nog motie nummer 6. Eigenlijk is dat door verschillende woord voerders naar voren gebracht. Aan een bepaalde zin in motie num mer 5 geeft het college de interpretatie dat een inrichting voor opslag en verwerking in geen enkel opzicht nadelige milieu effecten mag hebben. Ik mag bijna aannemen, althans zo wil het college het verstaan, dat dat betekent dat vanuit de MER het al of niet aanvaardbaar zijn blijkt. Onder die mits kan het colle ge met deze motie instemmen. Wanneer het betekent dat in geen enkel opzicht verdergaande eisen dan conform de MER-procedure gesteld mogen worden, dan zou het een uitleg zijn die het colle ge niet kan onderschrijven. Ik neem aan, omdat dat er niet staat, dat bedoelt is de MER-procedure. In dat geval heeft het college geen bezwaar tegen deze motie.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1985 | | pagina 767