11 JULI 1985
793
De heer VAN DONGEN
Het is eer opmerking naar aanleiding van de toelichting op arti
kel 17. Wij als C.D.A. meenden dat de hier bedoelde openbaar
heid, op zich een goede zaak, op geen enkele wijze de burgers
benadeelt. Het gaat vaak over persoonlijke moeilijkheden en
niet alleen van financiële aard. Wij denken allereerst aan de
mensen die geholpen moeten worden en minder aan o.a. de openba
re controle van de leden van de commissie. Wij wensen de commis
sieleden in deze een wijs beleid toe.
Mevrouw VAN BEUSEKOM-NIX
Er is lang gesproken over dit voorstel maar het is nog langer
onderweg geweest. Wij zijn tevreden dat het er nu is maar wij
betreuren het dat het zo lang geduurd heeft. Ik denk juist in
een tijd waar zoveel mensen moeten weten hoe wetten in elkaar
zitten, wat ermee gedaan kan worden, wat de plaatselijke inter
pretatieruimte is en hoe daarmee omgesprongen wordt, dat wat
ons betreft het goed is dat het er nu ligt. Ik hoop ook dat,
wat de betreffende wethouder hierover gezegd heeft in de com
missie, nl. dat hij zijn uiterste best zou doen om het zo snel
mogelijk afgehandeld te laten worden bij g.s., gestalte krijgt,
zodat we nog deze periode zullen beleven dat het ook werkelijk
openbaar kan zijn. De opmerking van de heer Van Dongen delen
wij geenszins. Het is een heel normale zaak dat daar waar over
beleid gesproken wordt, hetopenbaar gebeurt en daar waar het
mensen betreft, de deuren dicht gaan wanneer dat de burgers zou
schaden. Dat is altijd zo geweest. Dat is in iedere commissie
zo en waarom zou het dan hier anders zijn.
Wethouder RöMKENS
Ik meng mij even niet in de discussie van mevrouw Van Beusekom
en de heer Van Dongen. Het is inderdaad zo dat het bedoeld is
de plenaire vergadering openbaar te maken en wij hebben daar in
de commissie over gesproken. Ik denk dat dat in principe een
goede zaak is in deze tijd. Ik heb mevrouw Van Beusekom haar op
merking, die ook de wens van de commissie was, in het college
aan de orde gesteld. Het college is van mening dat, als de raad
dit besluit genomen heeft, in de geest van dit besluit gewerkt
moet gaan worden op zo'n kort mogelijke termijn.
Akkoord
198. VERSLAG OVER DE BESTEDING VAN DE GELDEN IN HET KADER VAN
DE EXTRA BESTUURSKOSTENREGELING MINDERHEDENBELEID 1984.
Akkoord
199. HET BESCHIKBAAR STELLEN VAN F 70.000,-- VOOR INSCHAKELING
EXTERNE ADVISEUR.
Mevrouw VAN BEUSEKOM-NIX
Ik weet niet wat het is, maar er zijn toch voorstellen waarvan
men vaak kan zeggen: eindelijk. Tenminste wat de VVD-fractie