29 AUGUSTUS 1985 831 gebeuren op het gebied van de woonlasten, bijvoorbeeld met be trekking tot servicekosten en stookkosten. Wij hopen dat de ko mende jaren een krachtig woonlastenbeleid op het gebied van de volkshuisvesting kan worden verwezenlijkt. Dat wensen we de Bre dase burgers toe. De heer CRUL Wat de algemene benadering betreft, sluit ik me aan bij de heer Simons; het is een zaak van inkomens- en verdelingsproblema- tiek, waarbij de centrale overheid toch de leidende rol speelt. Bij het programakkoord is het de bedoeling geweest dat we iets extra's zouden toevoegen aan de zaken die we eigenlijk toch normaal vanuit onze taakstelling op dit terrein zouden moeten doen. Als je dan die 29 punten ziet, is het de vraag of dat iets extra's is. Er zijn er een aantal die je normaal zou moeten uitvoeren. Er zijn ook nieuwe zaken bij die wellicht wat soulaas zouden kunnen bieden. De landelijke en plaatselijke relatie komt in ieder geval onvoldoende in het preadvies aan de orde. Er zijn goede zaken bij. In zijn totaliteit kun je natuur lijk nooit tegen die 29 voorstellen zijn, want ze kunnen alle maal een bijdrage leveren. Wanneer je in het programakkoord za ken afspreekt en wanneer je bereid bent om te zoeken naar extra zaken die vooral de woonlasten verlichten van diegenen die in zeer bijzondere en noodsituaties verkeren, dan mag je wel de vraag stellen of je dat op deze manier bereikt. Wij betwijfelen dat. We zouden willen vragen of we bij het tweede voorstel, wat straks aan de orde komt, niet wat fundamenteler naar de zaak zouden kunnen kijken, waarbij we natuurlijk weer niet ontkomen aan een benadering van de regering in Den Haag. De heer SCHARFF Wat hier voor ons ligt is een uitermate politiek onderwerp. Het verbaast me daarom ook in hoge mate dat van de zijde van de C,DA-fractie dit agendanummer 213 betiteld wordt als een tech nocratisch stuk. Ik denk dat ze er heel slim aan doen door dat zo op te vatten, want dat leidt de aandacht af van waar het fei telijk om draait. Waar het feitelijk om draait, is dat we van avond trachten in het Bredase iets te doen aan een beleid wat in hoge mate in Den Haag bepaald wordt. We hebben het dan over inkomensbeleid. Als we alleen al kijken naar de eerste aanbeve lingen van de notitie, we zien daar bijvoorbeeld tarievenbeleid staan, dan zijn daar een aantal opmerkingen over te maken die voortvloeien uit wat ik eerder heb gezegd; een aantal opmerkin gen die ik mis in dit verhaal. Ik zal het gemakshalve nog maar niet eens over de onroerend-goedbelasting hebben. De V.V.D.- fractie heeft het daar al over gehad. Laten we eens kijken naar de winst van het enwa. Als ik de laatste cijfers bekijk dan zit ten we daar ongeveer op f 1 1 miljoen. Ik heb dat al tweemaal in deze raad naar voren gebrachtIk heb dat gesanctioneerd prole tarisch winkelen genoemd. In feite kan het ook niet anders dan zo omschreven worden, omdat het in feite een bedrag is wat we aan de burgers vragen en waar we geen tegenprestatie voor gele verd hebben. Ik haal die zaak naar voren omdat ik vind dat als we praten over lastenbeïnvloedingwe ook eens zouden moeten kijken naar wat nu een redelijk budget is om over te spreken.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1985 | | pagina 831