29 AUGUSTUS 1985
840
bij de g.s.d. onder te brengen? De sociale taak van de gemeente
lijke kredietbank is al eerder benadrukt en zou door een ver
sterkte relatie met de g.s.d. duidelijker tot uiting kunnen ko
men. Bovendien ontstaat dan de praktische feitelijke situatie
dat financieel alles onder één dak zit, zeker daar waar de
g.s.d. belast wordt met uitvoering en coördinatie en beheer van
het steunfonds. Hoe denkt het college hierover? In de zeer uit
voerige commissievergaderingen waarin dit voorstel is behan
deld, zijn vrijwel alle details aan de orde geweest, zodat het
me overbodig lijkt daar nu nog eens opnieuw over te praten.
Slechts een enkele opmerking en vraag. Met de gewijzigde tekst
betreffende de vertegenwoordiging van burgers in het advies- en
overlegorgaan gaan wij uiteraard geheel akkoord en we hopen dat
dit op korte termijn gerealiseerd gaat worden. Is het mogelijk
de commissie Welzijn I na bijvoorbeeld zes maanden globaal te
informeren over de tot dan bereikte resultaten en wat de effec
ten zijn van deze nieuwe aanpak? Die informatie behoeft dan wat
mij betreft geen schriftelijk rapport te zijn. Met een monde
ling verslag in de commissievergadering zou ik al heel tevreden
zijn. Toen in de commissie dit voorstel behandeld werd op 18
juni, was het de bedoeling zo mogelijk op 1 september a.s. met
de uitvoering te beginnen, maar daarbij werd uitgegaan van
raadsbehandeling op 11 juli. Wanneer wordt er nu begonnen en
hoe staat het met het voorlichtingsmateriaal? Ik kan me voor
stellen dat zodra de raad dit voorstel heeft goedgekeurd er
door Bredase burgers om informatie gevraagd zal worden. Uit het
voorgaande zal U duidelijk zijn geworden dat onze fractie dit
voorstel van harte ondersteunt.
De heer BOKKELKAMP
Ik zal concreet ingaan op een aantal punten uit het onderhavige
voorstel. Onze fractie vindt het voorstel op zich nog wat on
rijp. Een aantal rechtspositionele aspecten is onvoldoende be
licht. De privacy is niet concreet uitgewerkten dat is de pri
vacy die juist in dit soort gevallen bijzonder belangrijk is.
Er zijn diverse instanties die zich met deze problematieken
gaan bemoeien. Op een gegeven moment worden er weer twee commis
sies gevoegd bij het leger van commissies, zoals we die in het
gemeentelijk apparaat toch al hebben. Dat geldt zeer zeker in
deze samenstelling die kan variëren tussen de zeven en vijftien
man. Dat is afhankelijk van de diverse woningcorporaties en vak
organisaties. Het ligt er immers aan of dat gezamenlijk gebeurt
of individueel. Dergelijke commissies, dat leert de ervaring,
zijn erg vaak verwikkeld in competentiestrijden en worden vaak
zeer ondoelmatig geleid. Ik ben bang dat ook juist met dit
soort commissies dergelijke zaken weer aan de orde zijn. Uw aan
vulling met betrekking tot de vertegenwoordiger vanuit de bevol
king is op zich heel positief maar ook hier zit weer dat adder
tje onder het gras. Is de privacy voldoende gewaarborgd? Wat we
uiteindelijk ook in het voorstel missen, is een verordening hoe
gehandeld moet worden. Ten aanzien van die verordening wil ik
