29 AUGUSTUS 1985
843
sociale dienst. Ik denk dat cliënten van de sociale dienst, ze
ker omdat zij rechtstreeks geconfronteerd worden met de proble
matiek en met het functioneren van de sociale dienst, een direc
te bijdrage zouden kunnen leveren aan het functioneren. Ik zou
dan als taakonderhandeling willen noemen: belangenbehartiging
middels een platformfunctie, beleidsadvisering naar de gemeente
raad en naar de commissie en advisering over de uitvoering aan
de directie van de sociale dienst. Als we op die manier cliën
ten van de sociale dienst bij het beleid proberen te betrekken,
dan denk ik dat dat positieve effecten zou kunnen hebben op het
functioneren van de sociale dienst.
De door de heer Simons c.s. ingediende moties luiden als volgt.
MOTIE 1
De raad van de gemeente Breda, in vergadering bijeen op donder
dag 29—8—1985, behandelend agendapunten 213 en 214;
overwegende
- dat het in het leven roepen van een steunfonds een goede zaak
is'»
- diegenen die een beroep doen op dat fonds duidelijkheid
moeten krijgen over het al of niet toewijzen van een verzoek,
waarbij de eventuele afwijzing getoetst moeten kunnen worden;
- het steunfonds niet het idee mag geven van armenzorg, dus dat
het doen van een beroep op dat fonds gedaan kan worden op
basis van bekende criteria, waaraan een recht kan worden ont
leend
Besluit
- de te hanteren normen voor toekenning van een beroep op het
steunfonds door de gemeenteraad te laten vaststellen;
- deze normen openbaar te maken, op zodanige wijze dat een
ieder zelf kan bepalen of hij/zij recht heeft op een bij
drage uit het fonds;
en gaat over tot de orde van de vergadering.
MOTIE 2
De raad van de gemeente Breda, in vergadering bijeen op donder
dag 29—8—1985, behandelend agendapunten 213 en 214;
overwegende
- dat het een verantwoordelijkheid is van de landelijke over
heid om te garanderen dat men met een minimum-inkomen kan
voorzien in de noodzakelijke kosten van bestaan, waaronder
ook plaatselijke belastingen en retributies moeten worden
gerekend;
- dat op dit punt, gezien de toenemende betalingsproblemen van
de mensen met een minimum-inkomen, het inkomensbeleid van de
regering ernstig faalt en de gemeenten met de gevolgen ervan
worden geconfronteerd;
- dat het geheel of gedeeltelijk kwijtschelden van o.g.b.,
riool- en reinigingsrecht een huishouden een behoorlijke
besparing op kan leveren;
