29 AUGUSTUS 1985
De heer SIMONS
Dat is toch een vooronderstelling?
Wethouder RöMKENS
Ook de tweede motie van de heer Simons is, gezien de duidelijk
heid die ik al verschaft heb over de normen, overbodig. Ik zou
de heer Simons dan ook willen verzoeken beide moties in te trek
ken, gezien de toezeggingen die ik gedaan heb. De heer De
Bruijn wijst nog op de effectiviteit. Ik dacht dat wij juist ge
tracht hadden de inzet zoveel mogelijk rechtstreeks óf in de
dienstverlenende sfeer óf in de hulpverlenende sfeer tot uit
drukking te laten komen, juist om de perceptie zo laag mogelijk
te houden. Dat zal ook in de toekomst één van de centrale the
ma's zijn. De middelen die we beschikbaar stellen, willen we zo
effectief mogelijk gebruiken. Mevrouw Rattink zegt dat voor
lichting een centraal thema is. Dat is door ons nadrukkelijk in
een aparte paragraaf naar voren gebracht. De voorlichting zoals
wij die nu ook in de nieuwe bijsluiter voor de o.g.b. hebben ge
realiseerd, mag wel een voorbeeld zijn hoevoorlichting naar de
burgers toe gestalte kan krijgen. We gaan pas beginnen met het
pakket voorlichting als ook de duidelijkheid gegeven kan worden
waarop de burger recht heeft. Het heeft geen zin om de burger
blij te maken met een dooie mus. De burger moet weten waar hij
terecht kan. Mevrouw Rattink zet zowel kanttekeningen bij de
cliëntgerichtheidals bij de afstemmingsproblematiekDie wil ze
bij de evaluatie nadrukkelijk betrokken hebben. Die toezegging
heb ik gedaan. Mevrouw Rattink heeft het over de evaluatie
a.c.v. Ik zal mij verstaan met de wethouder die het enwa be
heert maar naar mij gebleken is, zal binnen afzienbare tijd, de
evaluatie inderdaad aan de orde gesteld worden in de commissie
Werken. Op de vraag van de heer Scharff kan ik centraal ja zeg
gen.
Mevrouw BROSKY-WESTDORP
Gezien de beantwoording en toezeggingen heb ik op dit moment
geen behoefte om nader in te gaan op het verhaal. Daarvoor is
in de commissie nog genoeg gelegenheid. Wij hebben geen behoef
te aan de moties van de heer Simons, als hij deze handhaaft.
De heer BOKKELKAMP
Met die normeringen blijf ik toch van mening verschillen met de
wethouder. Dat is niet ten aanzien van de algemeen geldende nor
men tot afschrijvingsbeleidmaar met betrekking tot de interne
normen die gehanteerd gaan worden inzake het maatwerk. Ook daar
kun je echt voor gaan normeren. Je moet daar vooraf al normen
gaan stellen die je eventueel later bijstelt. Dat is organisato
risch gezien een betere procedure dan nu, waarbij- willekeur
niet onmogelijk is. Ten aanzien van de moties van de heer
Simons kunnen wij het antwoord van het college onderschrijven.
Ik hoor hier, ook van de heer Simons, weer waarlijke nonsens
over de inkomensafhankelijke rente bij de kredietbank. Ten eer
ste is dat volgens de Wet constructieve kredietverlening niet
mogelijk. Ten tweede denk ik dat je dan de kredietbank direct
kunt opheffen, want dan komt er geen kip meer.
850