10 OKTOBER 1985 921 niet minder dan in feite een stemadvies vanuit de overheid in de richting van de burgers. Vanuit deze invalshoek zal het dui delijk zijn, dat wij geen behoefte hebben aan dit voorstel. De heer TAKS Het voorstel beoogt om de raad een uitspraak te laten doen over een onderwerp dat behoort tot het werkterrein van de rijksover heid. Het is bekend, dat de V.VD-fractie een gemeentelijke be moeienis met zaken, die aan andere overheden opgedragen zijn, principieel afwijst. Hoe er grenzen getrokken worden, waarbin nen de raad behoort te blijven, is in algemene zin toegelicht. Met betrekking tot het onderhavige onderwerp, heb ik een en an der omstandig uiteen gezet in de raadsvergadering van 20 okto ber 1983, bij de behandeling van de notitie van het college han delende over de mogelijkheden en de rol van het gemeentebestuur met betrekking tot kernwapens. Kortheidshalve verwijs ik naar hetgeen wat toen is gezegd, termotivering van ons standpunt over dit voorstel. Het voorstel is voor ons, zowel om formele redenen als inhoudelijk, volstrekt onaanvaardbaar. De heer DE BRUIJN Het volkspetitionnement, het woord zegt het haast al, is een ac tie van de bevolking naar de politiek toe. Wij zijn ervan over tuigd dat de gehele bevolking zeker weet waar het over gaat. Het lijkt ons wat overdreven om hier verdere actie vanuit de politiek in te voeren. De eigen verantwoordelijkheid, de heer De Zwart heeft dat al aangedragen, staat hier toch inderdaad bo venaan. Daarnaast is er ook mondigheid van de burger om zelf de signalen die zij krijgtop te vangen en te gebruiken. Als de po litiek zich hiermee gaat bemoeien, nlhoe de burgers zich naar de politiek moeten opstellen, zijn we met een heel rare vicieu ze cirkel bezig. Het blijft ons inziens een zaak van de bevol king. De partijen hebben volgens ons hun eigen kanalen om dat kenbaar te maken, nl. daar waar het hoort, in de Tweede Kamer. We hebben het gevoel dat de burgers ons in deze niet nodig heb ben. Dat kunnen ze zelf wel. Overigens valt het ons op dat de Nederlandse bevolking en de Bredase burger waarschijnlijk twee verschillende dingen zijn, maar dat is een tekstuele opmerking over dit voorstel. De VOORZITTER Hebben de indieners één spreker of zijn het er meer? De heer SCHARFF Er is afgesproken dat ik namens de vier fracties die dit voor stel indienen, een nadere toelichting zal geven. Ik kan dat nu meteen meenemen en eventueel reageren op de stellingname vanuit de raad. Naar onze mening stijgt de betekenis van dit voorstel ver uit boven veel zaken, die in deze raad normaal gesproken on derwerp van discussie zijn. Het college heeft dat in feite zelf aangegeven in de door de heer Taks geciteerde notitie inzake de mogelijkheden en de rol van het gemeentebestuur met betrekking tot kernwapens. In die notitie wordt op pagina 7 het volgende gesteld: niettemin achten wij het met het oog op de aard van

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1985 | | pagina 921