21 JANUARI 1985 92 van de vergadering van de begeleidingscommissie op 14 december 1984. Deze vergadering is inderdaad niet doorgegaan omdat niet alleen de burgemeester maar ook de leden van de M.C .-commissie zoals later bleek, vooraf geen stukken hadden ontvangen. Vanwe ge de gevoeligheid is vervolgens gekozen voor een zo kort moge lijk uitstel en is op 3 januari jl. vergaderd. Voor wat betreft de ontwikkelingen verwijs ik naar het antwoord op de V.V.D.- fractie, de inschakeling van de externe deskundigheid waar ik het zojuist over had. Voorts kan ik U melden dat de rapportage van de werkgroep secundaire arbeidsvoorwaarden vrijwel rond is en die van de werkgroep organisatie thans onder grote tijdsdruk gereed wordt gemaakt, doch vanwege de omvang en de complexiteit van de problemen zeker niet voor eind februari gereed zal zijn. Ook de fractie P/C heeft gewezen op de inschakeling van externe deskundigheid. Ik heb daar al namens het college op mo gen antwoorden. Voor het onderwerp ontwikkelingssamenwerking is aandacht gevraagd door de fracties van de P.v.d.A., de P.S.P. en de P.P.R. Tijdens de commissievergadering over de begroting is toegezegd dat er rond februari duidelijkheid zal worden ver schaft rondom de besteding van de middelen voor ontwikkelings samenwerking. Ten behoeve van de voorbereiding van het toege zegde voorstel wordt zowel contact onderhouden met het ministe rie van ontwikkelingssamenwerking als de vier Bredase groepe ringen die U kent, namelijk Kerk en Samenleving, Wereldwinkel en centrum voor ontwikkelingssamenwerking en de Novib-groep die zich hebben verenigd. Het zal duidelijk zijn dat gelet op de huidige contacten, wij de verankering in de eerder genoemde koepel duidelijk nastreven. Op grond van de huidige inzichten gaan wij ervan uit dat de toegezegde termijn haalbaar is. In tegenstelling tot de heer Scharff zijn wij van mening dat ons voorstel geen moeizame toekomst tegemoet zal gaan. Ik kom dan tot een onderwerp waar ik inderdaad alleen als burgemeester spreek, namelijk over politie en openbare orde. Door de V.V.D.- fractie zijn enige fundamentele opmerkingen gemaakt over het gezag, over de politie en over de invloed van de raad op het politiebeleid. Aangevende de taak van burgemeester en de hoofd officier van justitie hecht ik er met de V.V.D.-fractie aan om de verhoudingen in dit opzicht zuiver te houden om misverstan den en onduidelijkheid te vermijden. Met inachtneming van het bovenstaande merk ik, naar aanleiding van het gestelde door de PvdA-fractieop dat het verstandig is het politiebeleid zoveel mogelijk te laten sporen met het gemeentelijk beleid met behoud van ieders verantwoordelijkheid, gelet op de specifieke taakstelling en de lijn naar justitie. Ten aanzien van de poli tiesterkte heeft de VVD.-fractie opgemerkt dat zij die poli tiesterkte onvoldoende acht. Het is U bekend, en zo staat dat ook in de politienota, dat de minister voor 1985 een nieuwe sterktesleutel hanteert. Dit houdt in dat aan Breda 6 perso neelsleden meer worden toegekend. Het effect hiervan zal gering zijn, nu de minister heeft besloten dat Breda van het extra contingent van 25 man dat in 1978 is toegekend, 5 man moet inle veren. Met de fractie hoop ik dat de landelijke politiek aan deze belangrijke tak van zorg hogere prioriteit zal geven. De VVD-fractie heeft eveneens de aandacht gevraagd voor de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1985 | | pagina 92