10 OKTOBER 1985 942 een maximale inspanning van ruim 20 miljoen gulden aangeslagen, waarbij we ons afvragen of de staatssecretaris zich wel vol doende op de hoogte heeft gesteld van onze financiële situatie. Een ander, beter, resultaat voor Breda is, dat het I.H.M. de opbrengst van de 130 ha. grond mag behouden van datgene wat naar de Domeinen gaat. Deze opbrengst zullen we dan ook nodig hebben om de gedeeltelijke sanering om te zetten in een volledige sanering. Dit is bij de onderhandelingen uitsluitend en alleen aan de Bredase delegatie te danken. De V.V.D.-fractie is er zich van bewust, dat de onderhandelaars in de moeilijke positie van onderhandelingen door weigering van onze wensen door het rijk toch op punten hebben gescoord. Onze fractie zou, net zoals de P.v.d.A.-fractie en naar ik aanneem ook de C.D.A.-fractie, wel de vlag hebben uitgestoken, wanneer de delegatie met een ongeclausuleerde 75 miljoen gulden uit Den Haag terug was gekomen. Uit de verslaggeving blijkt echter duidelijk, dat dit een onbespreekbaar punt was. Dit is jammer, maar het is geen reden om nu maar af te zien van de overeenkomst. Misschien tekenen hier de meningsverschillen in de raad zich af, waarbij het ene gedeelte zegt: beter een half ei dan een lege dop of de anderen die zich beroepen op de Tweede Kamer met als mogelijk resultaat dat Breda in de strafbank zit en een rekening van 35 miljoen gulden gepresenteerd krijgt. Zonder hoofdelijke stemming, unaniem dus in de raad, zijn we in 1971 aan het I.H.M. begonnen. Het is te betreuren dat deze raad niet met dezelfde opstelling nu uit de problemen probeert te komen. Sterker nog, er zijn er in deze raad die nu hun handen in onschuld wassen, die alle schuld in de schoenen van het college schuiven en die de kastanjes door de V.V.D. en het C.D.A. uit het vuur laten halen. Wie de schoen past, trekke hem aan. Ik doel hier niet op de P.v.d.A.! Deze fractie heeft naar onze mening een zakelijk verschil van mening over de weging van de einduitslag. We betreuren dat, niet in het minst omdat de P.v.d.A. in de Staten een heel ander geluid laat horen en Gedeputeerde Staten zonder bezwaar deze overeenkomst laat tekenen. Voor een collegepartij die haar verantwoordelijkheid niet uit de weg gaat, is dit toch een punt wat ons te denken geeft. Ik ga afsluiten. De V.V.D.-fractie De heer MARTENS Er wordt op dit moment De VOORZITTER Hij is aan zijn laatste zin bezig. De heer MARTENS Ik heb toch het recht om te interrumperen? De VOORZITTER Ik kan het in het belang van het debat niet toestaan. De heer MARTENS Dus er komt vanavond geen enkele interruptie?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1985 | | pagina 942