10 OKTOBER 1985
955
12-situatie te vermijden. Wat in ieder geval ook op de tocht
staat, is zeker de 20 miljoen gulden die deel uitmaakt van deze
overeenkomst. Het is volstrekt duidelijk dat elke maand dat de
oplossing langer duurt, er 2 miljoen gulden per maand bijkomt.
Daarover valt in ieder geval geen enkel misverstand in het le
ven te roepen. Tegen die achtergrond sta je dan voor de keuze:
accepteren of niet accepteren. Om het college te zeggen: niet
tekenen, niet akkoord gaan en met welke boodschap dan ook weer
op pad sturen, zoals de heer Crul doet, is naar het oordeel van
de meerderheid van het college in deze situatie op dit moment
onzinnig. Voor verder onderhandelen heb je in ieder geval no
dig, en dat is de eerste essentie voor het onderhandelen, dat
je aan de andere zijde iemand vindt die met jou wil spreken,
minstens zijn oor te luisteren wil leggen, en als het even kan
je ook nog antwoord geeft. Iemand die geen diktaat aan je voor
legt maar die met je praat. Welnu, een en andermaal is in de
commissievergaderingen gezegd en ik zeg het nu wederom, het
rijk wil niet meer verder onderhandelen. De deur is gesloten.
Het overleg is afgekapt. Daarbij komt dat ook de andere part
ners in het hele proces, al of niet met geveinsde bezwaren, in
grote mate akkoord gaan met deze oplossing. Dit zou betekenen
dat Breda inderdaad in een situatie komt dat zij als enige niet
bereid zou zijn een overeenkomst te tekenen en derhalve in een
heel speciale, en daarmee naar het oordeel van de meerderheid
van het college, zeer kwetsbare positie gaat komen. Daarom heb
ben wij ook besloten U voor te stellen de overeenkomst aan te
gaan en niet de vluchtweg te zoeken naar de Kamer. Wij onderhan
delen als gemeentebestuur uiteraard met het kabinet. Als de Ka
mer iets had willen bijsturen, kan dat nog altijd voor
maandag. Afgelopen maandag is daarvoor diverse malen de
mogelijkheid geweest. Alle mogelijkheden zijn ook vanwege het
college benut om kamerleden, in welk verband dan ook, achter de
problematiek te krijgen en voor de belangen van de
participanten in de gemeenschappelijke regeling op de bres te
laten staan. Dat is eigenlijk de afweging van het
totaalproces. Het college meent binnen de marges te zijn
opgetreden. Het college is niet blij met het eindresultaat,
maar hier ligt het en wat is dan verstandig? Natuurlijk zijn we
het eens met de heer De Zwart die zegt dat ze eigenlijk
principieel moeilijkheden blijven houden met die
verdeelsleutel. Het rijk erkent weliswaar met die 109 miljoen
gulden wel een bepaalde verantwoordelijkheid, maar in feite
niet de Shell-verantwoordelijkheid. Ze zeggen alleen dat ze een
stuk morele mede-verantwoordelijkheid hebben en dat vinden zij
genoegzaam betaald met 109 miljoen gulden. Over de financiële
draagkracht van de deelnemers heeft de heer Littooij
gesproken. Worden wij aangeslagen? Ja, ook daarover kun je
natuurlijk van mening verschillen. Het is zo dat met dit bedrag
Breda en de anderen niet in de artikel 12-situatie belanden. Ik
ben het wel met die sprekers eens die zeggen: nou, hier wordt
toch eigenlijk wel erg makkelijk omgegaan met de financiële
spankracht van de gemeente Breda. Ik denk dat de
staatssecretaris zich