24 OKTOBER 1985
988
gaande activiteiten, ter vergroting van de betrokkenheid van de
Bredase bevolking, of groepen daaruit, bij ontwikkelingssamen
werking. Hierdoor leek het eigenlijk verbazingwekkend dat deson
danks een stuwmeertje kon ontstaan in deze gemeente door een op
eenhoping van gelden, ten behoeve van de noden in de derde we
reld, zonder dat er een haalbaar voorstel aan de raad kon wor
den aangeboden. Sinds verleden jaar is naarstig getracht om te
komen tot een aanvaardbaar voorstel in deze raad. Daar zijn ver
schillende wegen toe bewandeld. U vindt dat ook in de stukken
terug. Aanvankelijk werd, ook wegens gebrek aan deskundigheid
in eigen huis, aansluiting gezocht bij ontwikkelingssamenwer
king op landelijk niveau. Daarna is toch wel gebleken dat ook
van rijkszijde de voorkeur werd gegeven aan plaatselijke initia
tieven en activiteiten, daar waar deze mogelijk waren. In dat
verband hebben wij gezocht naar een oplossing waarbij, zo is te
recht gesteld door sommigen, de gemeente een stap terug zou
doen. Ik moet er niet aan denken dat wij rechtstreeks een eigen
beleid zouden voeren en ieder concreet project hier ter tafel
zouden brengen. Het lijkt mij erg moeilijk om dat te doen en om
die reden hebben wij gezocht naar een oplossing, waarbij de ge
meente slechts op indirecte wijze bij dit werk en bij de con
trole op de werkzaamheden van de stichting betrokken zal wor
den. Dat was het minimale om een consensus te bereiken. We heb
ben dan ook de vier instellingen aanvankelijk gevraagd of ze be
reid zouden zijn deze gemeentelijke taakstelling voor ons en on
der onze controle uit te voeren. De vier instellingen hebben
dat graag toegezegd. We hebben toen gezocht naar een rechts
vorm, waarin een en ander kon worden neergelegd. De vier stich
tingen hebben zelf gekozen voor een zeer objectief uitgangs
punt. Ze hebben gezegd dat ze niet zelf over de ingebrachte pro
jecten moeten beslissen. Ze zullen in het stichtingsbestuur een
aantal deskundigen aantrekken die op grond van hun werkzaamhe
den een bijzondere kennis van deze materie, of door hun ervarin
gen op dat terrein, bevoegd en in staat zijn evenwichtige oorde
len te vellen over concrete aanvragen met betrekking tot projec
ten. Er is een ontwerp-stichtingsakte tot stand gekomen, waarin
duidelijk is verwoord datgene wat ook de bedoeling van de ge
meenteraad zal zijn, nl.zich richten op de allerarmsten in de
wereld, op kleinschalige projecten en wel op die wijze dat het
door kan werken over meerdere jaren. Dat alles is vastgelegd in
de statuten van de stichting. We hebben veel vertrouwen in de
stichting. We konden constateren dat nu het moment aangebroken
was dat een aantal geëngageerde mensen in deze stad deze gemeen
telijke taakstelling voor ons zou willen gaan uitvoeren. Over
dat ontwerp is in het college absoluut overeenstemming
bereikt. Het voorstel wat nu op tafel ligt, heeft de instemming
van het college. Dat voorstel van het college is daarna naar de
commissie Algemene Zaken gegaan. Daar zijn twee opmerkingen ge
maakt. De heer Taks heeft in de commissie Algemene Zaken ons er
onmiddellijk op gewezen dat de ontwerp-raadsvoorstellenzoals
die voorlagen, niet voldeden aan de doelstellingen zoals die in
het besluit van november 1983 door de raad waren vastgesteld.
De heer Hendricks heeft verzocht om, als de raad mocht beslui-
