10 MAART 1986
112
ons genoegen dat thans financieel de mogelijkheden zijn gecre-
eerd om te komen tot de realisering van een gemeenschapsaccommo
datie annex jeugdhonk en de eerste fase van het sportcomplex in
het gebied Kesteren-MuizenbergHet is onze mening, dat hiermee
de aantrekkingskracht van dit woongebied nog verder zal worden
vergroot. Goede nota nemen wij van hetgeen in deze Kadernota
staat vermeld met betrekking tot de onderhoudsbudgetten voor
straten, wegen, rioleringen en groenvoorzieningen; dit mede te
gen de achtergrond van de areaaluitbreiding, die de afgelopen
jaren heeft plaatsgevonden en de komende jaren nog plaats zal
vinden. De voor deze belangrijke zaak voorgestelde aanpak mid
dels het verlenen van een nadere studie-opdracht binnen duide
lijk afgebakende bestuurlijke randvoorwaarden getuigt van een
duidelijke onderkenning Uwerzijds van deze complexe, nagenoeg
iedere burger rakende, zaak. Alvorens tot afronding van mijn
betoog te komen, wil ik nog een enkel woord zeggen over het fi
nancieel meerjaren perspectief 1987 - 1990. De meest in het oog
springende zaken bij het onderdeel capaciteit, zijn naar onze
mening Uw voorstellen met betrekking tot de verhoging van de be
lastingen met 2% en de inzet van het renteconversievoordeel
door middel van een verlaging van de omslagrente met 0,1j
punt. Over beide zaken willen wij opmerken, dat U hierbij te
recht een terughoudende opstelling hebt gekozen. Een meer dan
trendmatige verhoging van de gemeentelijke belastingen is mede
tegen de achtergrond van de ontwikkeling van de woonlasten im
mers ongewenst, terwijl hogere inzet van de renteconversievoor
deel zou getuigen van een te voorbarige en wellicht onverant
woorde actie, wanneer wij dit afzetten tegen de rente-ontwikke
lingen die zich op dit moment op zowel de kapitaal- als de geld
markt voordoen. Met betrekking tot de bijstelling van de budget
ten door toekenning van slechts 1/È prijscompensatie, willen wij
opmerken dat wij met U van mening zijn dat hier in feite sprake
is van een algemene budgetkorting. Mede tegen de achtergrond
van de wenselijkheid om te komen tot een sluitende begroting en
het ongewenst zijn van bijvoorbeeld verdere belastingverhoging
en daarbij het gegeven betrekkend dat een meer bedrijfsmatige
aanpak de produktiviteit zeker ten goede zal komen, komt ons de
ze bijstelling niet als onredelijk over. De door U opgevoerde
stelposten spreken voor zich en geven thans, met uitzondering
van de stelpost rijksbezuinigingen, geen aanleiding tot het ma
ken van verdere opmerkingen. Inzake de stelpost rijksbezuinigin
gen willen wij stellen, dat het gezien de enorme financiële te
genvallers, waarmee ons land geconfronteerd wordt als gevolg
van de forse daling van de aardgasbaten, en willen wij onze in
flatie in de hand houden, dat er niet aan te ontkomen zal zijn
om opnieuw een korting in de richting van de gemeenten door te
voeren. Het opnemen van deze stelpost is dan ook zeker geen kof
fiedik kijken. Met betrekking tot het vermelde inzake de tege
moetkoming aan knelpunten en nieuw beleid willen wij over de
vastlegging van middelen voor het oplossen van de zogenaamde
bezoldigingsproblematiek opmerken, dat wij met U van mening
zijn dat, in een tijd waarin zoveel nieuwe uitdagingen op ons
afkomen, extra aandacht voor het kwaliteitsniveau van de ambte
naren gewenst is. De door U vermelde slotconclusies spreken ons