10 MAART 1986 130 biz. 15. Ze constateert dat, gezien de mogelijkheden die naar onze mening aanwezig zijn, het juist is dit bedrag als taakstel lend voor genoemde sector te handhaven. Waar baseert het colle ge zich op? Op koffiedikkijken? Op Sterrewichelen? Ik neem niet aan dat we dat met z'n allen kunnen. Die motie heeft juist ge vraagd om dat inzicht in die onmogelijkheden te geven. Waar ba seert het college deze stellingname op? Is het gebaseerd op cij fers die niet aan de raad zijn gegeven, en dus niet beschikbaar zijn? Dat lijkt me dan geen juiste zaak. Kortom, waar blijft dat inzicht? Als ik zie dat, in het kader van de politieke on derhandelingen, een lid van het college twee ton inbrengt, vraag ik me af: op basis waarvan? Op basis van inzicht? Wij ken nen dat inzicht niet. Wij weten dus niet waarover gepraat wordt. We weten wel dat we een overbelast apparaat hebben, dat naar onze mening bijna met bovenmenselijke inspanning zaken ver richt ten behoeve van cultuur. Overigens geldt dat ook voor an dere sectoren. Kan daarin nog meer geknepen gaan worden? Twee ton? Wij betwijfelen dat, maar wij kunnen dat niet hard maken. Wij willen dat inzicht hebben. Daarna kan pas zo'n uitspraak gedaan worden, ook door het college. Wat een uiterst merkwaar dige gebaar is, is dat het college f 372.000,-- als taakstellen de bezuiniging voor genoemde sector laat vallen. Ik ben mis schien kort van herinnering en daarom heb ik het nagegaan. De raad heeft nooit als zodanig uitgesproken, dat er f 372.000,-- taakstellend voor de sector cultuur moest worden bezuinigd. Het lijkt een doekje voor het bloeden. De f 372.000,mag je hou den, die hebben we nooit als taakstellend opgelegd, maar die f 350.000,-- moet je inleveren. Kortom, wij hebben het gevoel, dat onze motie enigszins niet is uitgevoerd. Wij willen dus het college opnieuw via een motie verzoeken om de zaken volledig bo ven tafel te brengen. U maakt het U zelf enorm moeilijk als col lege, want de tijd gaat steeds meer dringen. In de motie vragen wij om uiterlijk 20 maart een discussienota aan de raad voor te leggen, op basis waarvan de principiële meningsvorming en plaatsbepaling van de cultuur in de plaats Breda kan plaatsvin den. Wij weten dat er al diverse notities zijn en dat er diver se getallen op tafel liggen. Ik zie dat U schrikt van de korte termijn. Wij schrokken ook toen we de Kadernota lazen. Wij vra gen dit op zo'n redelijk korte termijn, omdat we een fundamen tele discussie willen hebben over wat we met cultuur aanmoeten. Die moet vervolgens ingepast worden, gelet op de budgettaire mogelijkheden in de begroting 1987- Dat betekent dat we die discussie goed moeten kunnen voeren. Wij zullen die motie dan ook indienen. De door de heer De Bruijn c.s. ingediende motie luidt als volgt: MOTIE (5) De raad van de gemeente Breda, in vergadering bijeen op maandag 10 maart 1986, behandelend de Kadernota 1987;

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1986 | | pagina 130