133 weer mee. De cijfers van de risico's zijn voor de raad oncontro leerbaar. De gegeven bedragen komen soms bekend voor; over ande re kun je praten als een slag in de lucht. In de commissiever gadering is reeds het voorbeeld van het woningbedrijf genoemd, waarvan de cijfers nogal variëren. Ik weet niet welke cijfers er vandaag de ronde doen. Het zou interessant zijn om eens te zeggen welke bedragen er kloppen. Kunt U aangeven waarom de be dragen verschuiven? Waarom wordt bij het woningbedrijf de ene keer 30 miljoen op tafel gelegd en wordt er nu 12 miljoen ge noemd. Er wordt vrij onderhandeld. Er zou wat ruimte in kunnen zitten. Wat is nu het maximum en het minimum bedrag? Waar kun nen we nu vanuit gaan? Op deze manier ontbreekt een reëel in zicht voor de raad volledig. Het totale plaatje van de risi co's, inclusief de genomen verliezen, geeft een goed beeld van het beleid. Het beleid is in de afgelopen jaren even slecht ge weest als de risico's hoog waren. Ik weet dat ik hiermee een vrij botte uitspraak doe, maar een college en een raad, die in de loop der jaren een dergelijk bedrag aan risico's weten te creëeren, en op geen enkele wijze bereid is mee te werken aan een analyse van oorzaken, kan, alleen al op basis van het feit dat ze niet mee willen werken, geen andere conclusie verwach ten. Natuurlijk, het huidige college is aan het puinruimen. Het lijstje wordt eindelijk eens wat kleiner. Nemen we echter het lijstje van gerealiseerde verliezen, verhoogd met de kosten van Moerdijk want die staan er niet bij, dan praten we al over 40 miljoen gulden. Door een beter en goed beleid had het geld ten gunste van de Bredanaars kunnen worden ingezet. Kapitalen gaan verloren door prestige-projecten uit het verleden. Over de re servepositie het volgende. Door alle risico's is er via aller lei verschuivingen nog een beetje reserve overgebleven. Afgezet tegen de hoogte van de begroting is dit bedrag veel te laag. Uit het meerjarenperspectief blijkt ook, dat het college op geen enkele manier in staat is om de reservepositie op te krik ken. Als je de reservepositie en de risico's naast elkaar gaat leggen, moeten we toch tot de conclusie komen, dat Breda eigen lijk min of meer te bont bezig is met een sluitende begroting. Wat is nu sluitend? Die vraag heb ik al verschillende malen ge steld en af en toe wordt die ook door andere partijen weer een keer gesteld. Nu is er een sluitende begroting. Als in de toe komst die verliezen inderdaad op ons af gaan komen, kunnen we die sluitende begroting wel vergeten. Tegelijkertijd hebben we al jarenlang om de begroting sluitend te houden, op allerlei ma nieren in de voorzieningen voor Breda geknepen. Als ik de reser vepositie bekijk, kan het resultaat op langere termijn niet an ders zijn als dat die artikel 12-status er wel aan zit te ko men. Dat betekent dan opnieuw knijpen. Ik denk dat Breda zijn eigen voorzieningeniveau ver onderuit haalt, met het vroegere idee: we kunnen het zelf blijven rooien. Als je de voorzienin gen van een artikel 12 gemeente gaat zetten naast de voorzienin gen van de gemeente Breda, springt Breda er niet eens zo best uit. Het lijkt me toch eens interessant om die vergelijking te maken. Als alle fracties iets over cultuur zeggen, moet ik dat natuurlijk ook even doen. Als je dat zegt, hoeft het niet en dat zeggen ze dan met z'n achtendertigen. Dat is heel aardig. 10 MAART 1986

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1986 | | pagina 133