13 MAART 1986
187
forum is. Dat is een uitspraak waarvan ik me verder distan
tieer. Ik constateer dat de gemeentes, waar Breda mee te maken
heeft, en niet alleen de laatste maanden vlak voor de verkie
zingen maar gedurende reeks van jaren nl. vanaf 1982, miljarden
hebben bezuinigd. Als we dat vertalen naar de komende jaren
1987, 1988 en 1989, zullen we elkaar ongetwijfeld vinden. Als
we allemaal op 19 maart teruggekozen worden, houd ik U in ieder
geval aan de woorden van het forum van vanavond. Ik vind dit
niet zo'n juiste opmerking.
De heer DE WAAL
Het enige risico wat U loopt met dit betoog, is dat U straks in
de oppositie zit of dat U straks met hangende pootjes naar het
C.D.A. en de V.V.D. terug moet.
De heer DE BRUIJN
Ons standpunt wat betreft landelijke en plaatselijke politiek
valt niet binnen het kader van de Kadernota. Ik verwijs gewoon
naar onze verkiezingsprogramma's. Wat de Kadernota betreft, heb
ik nog enkele dingen. Allereerst was ik verheugd met de opmer
king van de heer Römkens dat hij vertelde dat als de alterna
tieven niet erg reëel zijn, ze dat vermelden, en dat ze van te
voren door het college getoetst worden. Dat is prettig. Ik hoop
dat dat in de toekomst verder blijft gebeuren. In het verleden
hebben we wel eens wat scheve schaatsen gereden, denk maar aan
de kredietbank en de toezegging m.b.t. burgerzaken etc. We be
grijpen dat er een verbetering aan de hand is en wij juichen
dat alleen maar toe.
De heer DE WAAL
Nieuwe collegepartner.
De heer DE BRUIJN
Dat zien we over een week wel of niet. Over het investeringsvo
lume geeft de wethouder aan dat het een optimalisering van het
werkgelegenheidseffect betreft. Als we het over optimalisering
hebben, kunnen we nog een avond praten over wat we daaronder
verstaan. Het werkgelegenheidseffect is belangrijk, evenals de
knelpunten in de Kadernota en de gesignaleerde risico's. Ik
hoop alleen dat het college daarbij in ogenschouw wil nemen het
door middel van dergelijke investeringsprojecten voorkomen van
nieuwe risico's. Die zijn misschien nog niet gesignaleerd, maar
die zouden kunnen voorkomen. Dat is minstens net zo belangrijk,
ook op langere termijn. Wat de financiële zaken betreft, is het
mij opgevallen, dat de wethouder verder niet is ingegaan op de
automatische prijsstijgingen in de tarieven en de onroerendgoed-
belasting van 2%, waarbij de economische ontwikkelingen wijzen
naar een lager procent. We hebben gevraagd wat de mogelijkheden
zijn op een gegeven moment, als de landelijke trend lager is
dan 2Moet je daar je tarieven op aanpassen, omdat je anders
trendzetter wordt? Wij hebben daar nog steeds wat problemen
mee. Op de zwembaden komen we wel een keertje terug. De heer
Martens heeft daar een voorzet voor gegeven. Die hangt in de
lucht en we kijken wel of we scoren of niet. We hebben van de