13 MAART 1986 190 ingegaan. Er wordt opnieuw gesteld, dat we op lange termijn met een sluitende begroting moeten blijven werken. Die stelling wordt schijnbaar door het hele college gehandhaafd, behalve door de P.v.d.A. als collegefractie. Dat snap ik niet. Als je bijvoorbeeld het verhaal over de werkgelegenheid van wethouder Sandberg hoort, klinkt dat heel prima. Het verkoopt ook ontzet tend goed om te zeggen: we hebben er zoveel kantoorruimte bij. Dat is ook zo. Mijn vraag is nu: leg dat nu eens naast de vraag en aanbod op de arbeidsmarkt. Is die inderdaad zo eenzijdig op kantoorwerk gericht? Zo'n verhaal ligt er niet naast. Het is slechts een constatering: we hebben er kantoorruimte bij. Daar doe ik niets mee. Je moet dat plaatsen in een totale analyse van de arbeidsproblematiekHet verhaal over cultuur blijft een triest verhaal. Het wordt in feite op en neer geslingerd tus sen: er is een motie aangenomen, de wethouder komt met een voor stel van 2 ton; het college houdt vast aan 3 1/2 ton en we zien wel wat er uit komt. Dit is een beantwoording vanuit het colle ge waar je niets mee kunt. Het is heel opvallend dat de raad op nieuw in een motie zijn vorige uitspraak moet herhalen. Ik had gehoopt, dat het college in tweede termijn duidelijk zou stel len dat op zeer korte termijn vanuit het college een voorstel op tafel gelegd zou worden. De raad kan dan keuzes maken. In de eerste beantwoording wordt nauwelijks gereageerd op de welzijns voorzieningen in de stad. De lijnen van de nota Plussen en Min nen lopen nog steeds door, met alle gevolgen van dien op lange re termijn. De welzijnsvoorzieningen in de Haagse Beemden wor den gerealiseerd. Over enkele jaren worden deze door de rest van de stad betaald, met alle consequenties van dien. Daar wordt geen beleid op uitgestippeld. Er worden allerlei grapjes gemaakt over de vergrijzing en verdunningen. Op zich wordt daar geen onderbouwing van het beleid aan gegeven. Het college draait eigenlijk om de verhalen heen. De Kadernota blijkt een koude constatering van cijfers. Een goede beleidsmatige onder bouwing en een beleidsmatig perspectief naar de toekomst mis ik nog steeds. Wat mij betreft zouden de meeste vragen opnieuw be antwoord moeten worden. Dat zal wel niet meer lukken voor 23-00 uur. De Kadernota was toch bedoeld om de raad keuzes te laten maken. Je kijkt dus naar welke alternatieven er door het colle ge geboden worden. Dat zijn er geen. Er staan er enkele in. Die worden van tevoren reeds onderuit gehaald. De wethouder zegt dat je als college die alternatieven moet beoordelen. Dat is wel een aardig verhaal; alleen het zijn geen alternatieven als je die van tevoren onderuit haalt. Je biedt alternatieven op het moment dat je kunt kiezen en zegt: dit zijn de keuzemoge lijkheden die wij als college voorleggen. Je moet niet zeggen: dit is een plaatje en dit zijn de alternatieven die niet haal baar zijn. Er is ook maar één plaatje. Op dat punt voldoet de Kadernota weer totaal niet aan de eisen. Over de verhoging van de onroerend-goedbelasting heeft Eric de Bruijn al iets gezegd. Het rare van motie nr. 1 van het C.D.A. is, dat op het moment dat van deze zijde in een motie gevraagd wordt om een signaal richting Den Haag te sturen, dat dan belachelijk en overbodig is. Nu die van het C.D.A. komt, wordt die overgenomen en in een bepaald kader geplaatst. In dat geval is het

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1986 | | pagina 190