13 MAART 1986
196
Wethouder RöMKENS
Nee, maar U zei straks bij het personeelsbeleid, dat U blij was
dicht bij de P.v.d.A. te staan.
De heer BOKKELKAMP
Nee, ik was blij dat ze wat dichter naar ons toe waren gekomen.
Wethouder RöMKENS
Ik heb het geconstateerd en ik had het opgeschreven. Ik vond
dat ik daar iets over moest zeggen.
De heer SIMONS
Is dat de mening van het college of van de lijsttrekker van het
C.D.A.?
Wethouder RöMKENS
Het is de mening van het beantwoordend lid van het college, in
dien dat mag, voorzitter.
De VOORZITTER
Ja, vanavond mag er wat extra.
Wethouder RöMKENS
Ik denk dat ik voldoende duidelijk ben geweest ten aanzien van
het principe van de sluitende begroting. De P.v.d.A. is even
eens duidelijk geweest. Het gaat om de noodzakelijke zorgvuldig
heid waar de P.v.d.A. op wijst. Ik ben van mening dat het al
tijd een taak is van het bestuur om de zorgvuldigheid te be
trachten. We zullen daarover zeker nog eens met elkaar van ge
dachten wisselen. Inzake het nader operationeel maken van een
en ander, kan ik U nu al toezeggen dat de verdere uitwerking
van de tarieveneffecten in de commissie Middelen en Milieu be
sproken kan worden. In de richting van de heer De Bruijn het
volgende. Hé, hij is weg.
De heer HENDRICKS
Hij neemt het naar hem genoemde vocht tot zich. Ik neem waar,
dus U kunt rustig in mijn richting spreken.
Wethouder RöMKENS
In de richting van de fractievoorzitter van D'66 het volgende.
Naast de drie genoemde criteria is het uiteraard zo, dat het
voorkomen van een nieuw risico zo'n impliciet gegeven is dat ik
dat niet genoemd heb als criterium. Dat wil ik bij deze herstel
len. Het fenomeen van de automatische prijsstijging heeft daar
toe geleid, Ik heb in eerste instantie daar niet over gespro
ken. Als ik uitga van de prijsstijgingen wat betreft de mate
riële overheidsconsumptie, komen we de volgende ramingen tegen,
respectievelijke 3» 2, 2 over de jaren 1985 tot en met 1987.
Bij de compensatie in het gemeentefonds praten we echter over 2
1/2, 1/2, 0. U weet dat wij als regel hanteren, dat de belas
tingtarieven gelijk zijn aan de verwachtte prijsstijgingen
c.q. inflatiepercentages en dat eventuele afwijkingen nadien