10 APRIL 1986 211 feiten of omstandigheden zich hebben voorgedaan, die zouden kun nen leiden tot ongeldigheid van stemmen in één of meer stemdis- tricten. Met betrekking tot de vaststelling van de uitslag der verkiezingen bestaat er ook geen enkele aanwijzing, dat de bepa lingen van de Kieswet niet in acht zijn genomen. De commissie heeft de overgelegde bescheiden onderzocht en in orde bevonden. Haar is gebleken, dat alle benoemden aan de in de gemeentewet gestelde eisen voldoen. De commissie adviseert dan ook tot toelating als lid van de gemeenteraad te besluiten. De verklaring is ondertekend door de collega's Taks, Martens en ondergetekende. Vervolgens heb ik nog een andere mededeling. Deze is eveneens veel waard. Deze is op een ander formulier gedrukt en dat betreft de heer A.G.J.M. den Boer en mevrouw H.W.D. Dammer-Noorman. De commissie adviseert ook tot toelating van beide personen als lid der gemeenteraad. Deze verklaring is eveneens voorzien van drie handtekeningen van de heren Martens, Taks en ondergetekende. De VOORZITTER stel voor om de zojuist genoemde 39 leden toe te laten als j van deze raad. Akkoord 85. INITIATIEFVOORSTEL VAN DE HEREN SCHARFF EN CRUL INZAKE BEREIKBAARHEID GEMEENTELIJKE DIENSTEN PER OPENBAAR VERVOER ENZ. Mevrouw PLES De P.v.d.A. wil daar een korte opmerking over maken. Dit initia tiefvoorstel is een wat zwaar middel voor deze problematiek, die ook bij de P.v.d.A. wel onderkend wordt. Op korte termijn zullen enkele onderdelen wel te realiseren zijn. Wij staan ach ter dit voorstel. De heer TAKS De VVD-fractie heeft er waardering voor, dat de heren Scharff en Crul bij gelegenheid van een naderend afscheid van de raad een conservatief gebaar hebben willen maken in de vorm van een initiatiefvoorstel. Toch gaat onze waardering daarvoor nu weer niet zo ver, dat we om die reden het initiatiefvoorstel zouden willen aanvaarden. Wij hebben het voorstel grondig bestu deerd. Daar hebben ze recht op als ze een initiatiefvoorstel aan de raad voorleggen. Wij zijn tot de conclusie gekomen, dat er vele vragen worden opgeroepen, die niet in het voorstel be antwoord worden. Zo pretendeert het voorstel het gebruik van het openbaar vervoer te bevorderen, maar als abstractie daarvan wordt slechts verwezen naar het initiatief van het ministerie van verkeer- en waterstaat. Een zo grote volgzaamheid jegens Den Haag hebben we van de heren nog nooit eerder beluisterd. Dat komt de geloofwaardigheid van zowel de heren als van het voorstel niet ten goede. Wij vinden het een manco dat in het voorstel niet wordt ingegaan op de mogelijke financiële conse

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1986 | | pagina 211