gebruikers zijn op correcte wijze behartigd. Het sociaal sta tuut waarborgt de belangen van het personeel. Wij nemen er nota van, dat in het overleg is overeengekomen dat, met instemming van de PNEM-vertegenwoordigerselders in de gemeente ais gevolg van de overname het overtollig wordend personeel een plaats binnen N.V. Enwa zal worden geboden. Dit kan uiteraard consequenties hebben voor de desintegratievergoedingMet be trekking tot de B-3-status nemen we aan, dat de toezeggingen in de commissie zullen worden gehonoreerd. Ik herinner U aan het feit, dat de B-3-status in het algemeen nog steeds onderwerp van gesprek is bij het ministerie van binnenlandse zaken. De belangen van de gebruikers zijn veilig gesteld door de af spraak, dat aan het vigerend beleid op het gebied van de tarie ven en de leveringsvoorwaarden geen afbreuk zal worden gedaan. Het instellen van een adviescommissie met betrekking tot de han tering van het niet meer dan anders-principe, geeft aan dat punt een extra waarborg. Het komt mijn fractie niet juist voor daaraan de uitbreiding te geven die het stedelijk overleg stads verwarming wil. Wat men daar vraagt, blijkt mij in strijd met het vennootschapsrecht. De wijze waarop de inbrengwaardede good-will vergoeding en de winstuitkering zijn gewaardeerd, vindt mijn fractie correct. Dat er voor de winstafdracht van gas een andere formule wordt gehanteerd, is begrijpelijk en dat er voor de stadsverwarming dergelijke afspraken niet zijn ge maakt, ligt voor de hand. Overeenkomstig het in de commissie in genomen standpunt, acht mijn fractie het gewenst dat de commis sie, danwel de raad tevoren wordt betrokken bij een vergadering van aandeelhouders c.q. de raad van commissarissen. Gaarne zui len we vernemen hoe dat kan worden gestructureerd. Dat is name lijk de enige manier waarop we binnen de N.V. nog invloed kun nen uitoefenen. De heer DE H00GH Het doet mij deugd, voordat ik met mijn betoog begin, dat ik collega Van den Wijngaard van het C.D.A. hoor zeggen dat hij be reid is op het punt van het Enwa en de gemeente Breda te morre len aan de stelling; dit gezien als hoeksteen van de samenle ving. Maar alle gekheid op een stokje, we leven vandaag de dag niet meer in een De heer VAN DEN WIJNGAARD Ik versta U niet. De heer DE H00GH Het doet mij genoegen om collega Van den Wijngaard van het C.D.A. te horen stellen dat hij, althans wat het Enwa betreft, bereid is te morrelen aan de stelling; dit gezien als hoeksteen van de gemeentelijke samenleving. Maar alle gekheid op een stok je, we leven niet in een nachtwakersstaatin die zin dat de ge meente ervoor te zorgen heeft dat de straatverlichting dient te blijven branden. Je spreekt dan in feite over de vorige eeuw en over een stuk energievoorziening dat in dit geval toegespitst is op de distributie-energie, die zich kan karakteriseren als 10 APRIL 1986 218

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1986 | | pagina 218