24 APRIL 1986
264
van de Bredase raad een kleine bijdrage kan leveren aan de im
mense problematiek. Een bijdrage hieraan kan zijn: het afwijzen
van het regime dat in ernstigere mate de apartheidspolitiek
voert en waar steeds meer sprake is van schending van de rech
ten van de niet blanke mens. De bewustwording van Bredase bur
gers is hierbij van groot belang en door middel van dit initia
tief hopen wij een bijdrage te kunnen leveren.
De heer TAKS
De VVD-fractie heeft niet meegewerkt aan de indiening van
het voorstel. We zullen vanavond evenmin onze steun geven aan
het voorliggende voorstel. Ik stel er prijs op nader te verkla
ren, dat het standpunt niet wordt ingegeven door gebrek aan be
langstelling voor het onderwerp dat op het voorstel betrekking
heeft, integendeel. Volgens het beginselprogramma van onze par
tij geldt de universele verklaring van de rechten van de mens
van de Verenigde Naties als richtsnoer voor de liberale poli
tiek. Een politiek stelsel, gebaseerd op ongelijke toedeling
van rechten naar gelang van het ras, zoals dit in Zuid-Afrika
bestaat, wordt door elke liberaal afgewezen. Wat dat betreft la
ten de standpunten, die de kamerfracties van de V.V.D., de Eer
ste en Tweede Kamer bij herhaling hebben ingenomen, aan duide
lijkheid niets te wensen over. Wij, van onze kant, zien niet in
waarom liberale gemeenteraadsleden het werk van hun geestverwan
ten in de landelijke politiek nog eens over zouden moeten
doen. Bovendien staan wij, zoals een ieder in deze raad bekend
is, op het principiële standpunt, dat het gemeentebestuur zich
niet moet uitspreken over zaken die tot het werkterrein behoren
van andere overheidsorganen. Het voorstel, waar we over spre
ken, betreft het buitenlands beleid dat behoort aan het rijk en
niet aan de gemeente. De raadsuitspraak over een dergelijk on
derwerp is naar onze mening alleen dan aanvaardbaar als het ge
meentebestuur bij de vervulling van zijn taak om de belangen
van de eigen Bredase burgers te behartigen rechtstreeks met de
aspecten van het buitenlands beleid te maken krijgt. De beharti
ging van de belangen van de Bredase burgers eist een dergelijke
uitspraak niet. Daarvan is ten aanzien van de situatie in Zuid-
Afrika naar onze mening geen sprake. De wijze waarop de Bredase
burgers daarbij betrokken zijn, verschilt in niets van die, in
welke willekeurige andere Nederlandse gemeente. Er bestaat dus
geen bijzondere relatie tussen de belangen van de Bredase bur
ger en de politieke situatie in Zuid-Afrika. Van zo'n bijzonde
re relatie, die een raadsuitspraak over een onderwerp van bui
tenlands beleid wel zal kunnen rechtvaardigen, was bijvoorbeeld
sprake toen de raad zich op 14 december 1981 bij motie uitsprak
over de situatie in Polen. Dit was naar aanleiding van de uit
roeping van de noodtoestand aldaar. Breda heeft belangrijke
Poolse bevolkingsgroepen in haar midden, waarmee een zeer bij
zondere band bestaat vanwege de bevrijding in 1944, de Poolse
militairen. De Bredase Polen mochten van hun eigen gemeentebe
stuur verwachten, dat de bezorgdheid over het lot van hun ver
wanten in Polen door het gemeentebestuur werd gedeeld. Met dit
voorbeeld hoop ik te hebben aangetoond waar voor ons de grens
ligt. Mevrouw Pellis heeft er terecht op gewezen, dat de raad