24 APRIL 1986 268 nieuwbouw willen we nog even een opmerking maken. Het oude be stand van het woningbezit brengt extra lasten mee voor de ge meente. Een evenwichtige opbouw van de nieuwe woningen maakt het mogelijk om die kosten beter te verdelen. Om die reden zijn wij voor de verzelfstandiging van het woningbedrijf. Inzake de verkoop van het gemeentelijk woningbezit willen wij nogmaals zeggen, dat wij geen dwang van het rijk in deze willen, omdat daar twee risico's aan zitten. De betere woningen verdwijnen uit het sociale bestand, waardoor de keuze voor de minderdraag- krachtigen uiterst slecht wordt. Dat willen we in ieder geval aan de wethouder meegeven, zodat hij daar verder geen aandacht aan besteedt. Wij vinden dat er hard gewerkt is bij het woning bedrijf aan het saneringsprogramma. In het rapport komt duide lijk naar voren dat het aardig op weg is. De heer GOOS Waarmee mevrouw Pies eindigt, wil ik graag beginnen. Dat is ook in de commissie zo gebeurd. Een compliment aan al degenen die eraan meegewerkt hebben om dit rapport op deze manier samen te stellen. Het is een goed leesbaar rapport waarin we vele zaken tegen komen wat betreft de financiële sanering van het gemeen telijk woningbedrijf. Gezien datgene wat hier vanavond ons nog te wachten staat, willen we zeker geen herhaling van de commis sie. In het besluit, wat we nu ter tafel vinden, is iets gecor rigeerd. Wij vinden met betrekking tot punt a., dat wij al eer der ons standpunt namens het C.D.A. duidelijk hebben ingenomen. Ten aanzien van punt b. zijn zaken genoemd, die nog moeten volgen. Wij willen die graag vanuit Uw richting in onze fractie doornemen. In totaliteit stemmen wij graag in met het voorliggende voorstel. De heer SIMONS In tegenstelling tot de vorige sprekers, zijn wij minder geluk kig met de voorgestelde verzelfstandiging. In de commissieverga dering hebben we al met de heer Welschen in de clinch gelegen over de noodzaak van de verzelfstandiging in relatie tot het al of niet plegen van nieuwbouw. Bij ons leeft nog steeds de over tuiging, dat nieuwbouw ook in de huidige situatie mogelijk is. Dit is alleen al zuiver vanwege het feit, dat op het moment dat je nu de vragen bij het ministerie op tafel legt, het ministe rie feitelijk maar één keuze heeft, nl. toestaan om nieuwbouw te plegen oftewel handen vol geld richting gemeente Breda te schuiven. Gezien de financiële situatie van het rijk, tenminste dat wordt ons iedere keer verteld, is dat geld er niet. Ze zul len toe moeten staan of nieuwbouw of dat de gemeente Breda zijn hele woningbezit in een failliete boedel houdt. Ik denk niet dat dat de bedoeling van het ministerie is. Op basis van deze simpele feiten kun je stellen, dat nieuwbouw voor het ge meentelijk woningbedrijf noodzakelijk is. Verder is de finan ciële basis, waarop de verzelfstandiging plaats moet vinden met alle "mitsen" en "maren" die vanuit het rijk moeten komen, zeer onzeker. Een woningcorporatie heeft een dermate wankele finan ciële basis voor hetgeen wij nastreven. Over de democratisering het volgende. Het opzetten van een woningcorporatie betekent in

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1986 | | pagina 268