24 APRIL 1986
315
RONDVRAAG
Van de gelegenheid tot het stellen van vragen wordt geen
gebruik gemaakt.
De VOORZITTER
Wij zijn nu gekomen aan het slot van deze raadsvergadering en
tevens aan het einde van de zittingsperiode van deze raad. Ik
had gaarne de gelegenheid gehad om op uitvoerige wijze afscheid
te nemen van een aantal uit ons midden, nl. een respectabel aan
tal van vijftien leden. Hoe graag zou ik gezien hebben, dat we
vanavond wat meer tijd hadden gehad om eerst de reguliere agen
da af te werken en daarna de afscheidsbijeenkomst te houden,
maar dat heeft niet zo mogen zijn. Vandaar zal ik helaas toch
ietwat korter moeten zijn dan ik van plan geweest was. Het ont
slaat mij in ieder geval niet van de plicht om toch een enkel
woord te wijden aan degenen, die ons gaan verlaten. Het is niet
alleen een plicht, maar ook een voorrecht en een genoegen om te
zeggen dat ik, aan het einde van de rit, moet constateren dat
wij allen de afgelopen periode ons hebben ingezet om de belan
gen, zoals ook de tekst is van de eed die U aflegt, van deze
stad te behartigen. Ik had het voorrecht twee jaar aan Uw verga
deringen leiding te mogen geven. Ik weet zeker dat het ook in
de daarvoorgaande jaren en de gehele periode een plezierige be
zigheid geweest moet zijn om dit gezelschap tot een besluitvor
ming te leiden, want dat is mijn taak. Wat mij ook erg is meege
vallen is dat, en ik richt me nog steeds tot U allen, hoewel
wij natuurlijk vanuit onze politieke visies anders denken over
het algemeen belang, de wijze waarop wij dat voor onze stad be
reiken, wij allen toch de onderlinge verhoudingen op een zoda
nig niveau hebben weten te houden, dat we waardering hebben
voor eikaars mening. Ik mag ook zeggen dat ik daarvoor respect
heb, omdat U allen behept bent met het dienen van het algemeen
belang. Niemand wordt lid van de raad om het belang van de ge
meente niet te dienen. U wilt dit allen doen en dat geeft ook
de band die ons altijd moet blijven binden. U wilt het doen van
uit Uw eigen politieke optiek, die anders is dan de optiek van
een ander. Dat weerhoudt niet dat we met respect voor eikaars
mening hier de afgelopen jaren de vergaderingen hebben gehou
den. Het liep wel eens hoog op, maar het was altijd aardig wan
neer ik daarna beneden elkaar toch weer hoorden toespreken bij
hun voornamen en dat relativeerde toch een beetje de strijd die
in deze zaal wel eens plaatsvond. Ik dank U zeer voor Uw
inzet. Velen zullen wij terugzien. Eén/derde van de raad keert
niet terug. Het gaat mij te ver, ik zou dat best willen doen,
om te filosoferen over het feit dat en de oorzaken waarom som
migen nu plotseling terugtreden zonder dat ze daar eigenlijk
aanleiding toe hebben gegeven. Men zou kunnen filosoferen over
de vraag of het niet beter zou zijn de data van de Tweede Kamer
verkiezing en de gemeenteraadsverkiezing om te draaien, waar
door het lokale aspect van de verkiezingen wat meer naar voren
komt. Het zij zo. We nemen vandaag afscheid van 15 leden, die
korte of langere tijd in ons midden zijn geweest. Ik heb hier
hele pagina's met verdiensten van leden voor me. Als de deur
openstaat, hoort U het geroezemoes van de personen die beneden