26 JUNI 1986
374
182. OVERDRACHT VAN HET BEHEER VAN DE WONINGEN GASTHUISVELDEN
AAN DE NEDERLANDSE STICHTING VOOR ANDERE WOONVORMEN TE S-
HERTOGENBOSCH.
Mevrouw VAN BERGEN-NIJEHOLT
Eén jaar geleden is dit voorstel over het beheer van de wonin
gen Gasthuisvelden in de commissie besproken. Het advies van de
commissie luidde toen, dat de zaken zorgvuldiger geregeld zou
den moeten zijn, voordat de commissie positief kon adviseren.
Dit betrof met name de solvabiliteit van de N.S.A.W. en diverse
technische mankementen aan de woningen, die tevoren opgeheven
zouden moeten zijn. Toen was het raadsvoorstel uit beeld. Op 4
juni jl. hadden we een commissievergadering, waarbij dit punt
niet was geagendeerd. Er kwam echter wel een aantal bewoners,
die in de commissie hun zorg geuit hebben voor het onderhoud en
de contacten die zij of niet of te weinig met de N.S.A.W. had
den. Na de vergadering zijn wij in de gelegenheid geweest om
vragen in te sturen, waarop ik dinsdag jl. antwoord kreeg. Ik
wil niet op de inhoud van de beantwoording ingaan, maar iedere
duidelijke toezegging in die beantwoording ontbreekt. Dat spijt
mij ten zeerste, ook gezien de belangrijkheid van dit onder
werp. Daarnaast komt het mij voor alsof de N.S.A.W. zelf niet
geïnteresseerd is in het op korte termijn afhandelen van deze
overdracht. De contacten blijven stroef. De directeur die in de
commissie de leden toesprak, is niet scheutig met
toezeggingen. De staatsscretaris van V.R.O.M. heeft in de brief
van 20 maart 1986 het voornemen geuit om het beheer en de
exploitatie te normaliseren en volledig in de handen van de
N.S.A.W. te leggen. Dat wordt verantwoord geacht door de
staatssecretaris. Het zou mij oneigenlijk voorkomen indien de
gemeente Breda blijft vasthouden aan het in eigen hand houden
van deze exploitatie. Dat duidt erop, dat wij positief moeten
instemmen met dit voorstel en dat er van het ministerie niets
op tegen is. In het recente verleden heeft de gemeente Breda
zich echter zelf een verantwoording opgelegd. Bij het
raadsbesluit van 22 september 1981 is toen artikel 5 in de
overeenkomst ingebouwd. Door dit artikel kwam het beheer van
deze woningen bij de gemeente. Uit deze gang van zaken volgt
voor mij, dat de nu lopende klachten en gebreken aan deze
woningen eerst goed afgehandeld dienen te worden en naar mijn
gevoelen is daarvan te weinig in orde gekomen. Voorts staat in
de schriftelijke beantwoording van één van mijn vragen: "na
overdracht van het beheer van de woningen wordt er direct een
contract gesloten met stichting Woonruimteverdeling over de
toewijzing van deze woningen". Mijns inziens had dat al
geregeld moeten zijn. Ik wijs erop dat uit contact met de
S.W.B. duidelijk werd, dat voor de andere N.S.A.W. woningen in
Breda de kosten, die aan de stichting woonruimteverdeling
voldaan moeten worden, niet of nauwelijks betaald zijn. Er is
in ieder geval veel te weinig betaald. Voordat je deze over
dracht afrondt, moet je toch beter op je zaken letten. Vervol
gens vroeg de S.W.B. dringend om te pleiten voor een vaste con
tactpersoon tussen N.S.A.W. en de S.W.B. om de zaken beter te
doen sporen dan tot nog toe het geval is geweest. Tot slot