26 JUNI 1986 383 die niet via een bepaald kantoor wil verhuren en dat op aller lei mogelijke manieren probeert onduidelijk en moeilijk te la ten gebeuren, krijg je een gedwongen constructie die niet werk baar is. Wij hebben daar uitvoerig en lang over gepraat. Uitein delijk hebben we gezegd dat het inderdaad niet de goede con structie was maar waarom zijn we hem toendertijd aangegaan? Dat was natuurlijk de grote twijfel, die bestond over de wijze waar op de N.S.A.W. toen opereerde. Dat is heel duidelijk. De heer Garritsen heeft net gezegd: het ging uitsluitend om het feit dat de gemeente Breda vond dat er niet op afstand kon worden be heerd. Dat is natuurlijk onjuist, want dan had precies dezelfde voorwaarde bij een aantal andere stichtingen in het contract op genomen moeten worden. De Stichting werkt op precies dezelfde manier als de N.S.A.W. U weet net zo goed als ik De heer GARRITSEN Ik heb nergens gezien, dat er twijfel was over die stichting. In heb dat in geen enkel stuk van b. en w. of collegepartijen of van een wethouder gelezen. Wethouder WELSCHEN Wanneer het al dan niet het geval geweest zou zijn, zouden we dezelfde voorwaarde bij alle stichtingen van buiten de stad heb ben gehanteerd. U weet dat er meer in Breda gebouwd hebben, waar die voorwaarde niet gespeeld heeft en U weet ook in welke discussie deze voorwaarde wel op tafel is gekomen. Dat verhaal is heel helder. We hebben op dit moment te maken met een andere stichting. Het heeft een ander bestuur, dat door het ministerie onderzocht en gewijzigd is en volgens het ministerie verder door kan. Toen hebben we gezegd, dat we de raad zouden gaan voorstellen om het beheer terug over te dragen aan de N.S.A.W. De gemeente kan dan publiekrechtelijk optreden en niet meer in die onduidelijke vermenging van privaatrechtelijk, wat niet werkte, en publiekrechtelijk. We hebben voor ons zelf drie voor waarden geformuleerd en die zijn in het voorstel opgenomen. Het stuk kwam in de commissie, en op datzelfde moment speelde er een aantal zaken aan vocht- en geluidproblemen. De commissie heeft toen terecht gezegd: luister eens even, wij willen boven de drie voorwaarden die al gesteld zijn, en waar de N.S.A.W. mee akkoord is, nog twee andere voorwaarden. We willen dat over die problemen afspraken worden gemaakt, nl. dat de problemen al verholpen zijn en dat er ten aanzien van de N.S.A.W. nog een keer afgecheckt wordt, of het ministerie van mening is dat de N.S.A.W. een club met toekomst is. Wij hebben een brief ge stuurd aan het ministerie. Het heeft 7 a 8 maanden geduurd voor dat we daar antwoord op kregen. Zodra het antwoord kwam, heb ik U dat gemeld en gezegd dat er nu een andere voorwaarde in wer king komt. We zijn eveneens gereed met de onderhouds- c.q. de opleveringsproblemen. De commissie is daarover vervolgens geïn formeerd. Dat is in de laatste vergadering gebeurd. Ik heb aan de directeur van het gemeentelijk woningbedrijf gevraagd of hij mij exact aan kan geven welke onderhoudsklachten in discussie zijn geweest, hoe ze zijn opgeknapt en of naar Uw mening die

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1986 | | pagina 383