30 JANUARI 1986 39 eigen inkomsten te werken ten behoeve van vaak nobele activi teiten. Het is navrant om te moeten constateren in het beleids plan van de milieudienst dat er gesproken wordt over een bespa ring van stortkosten in die sfeer die ongeveer omgerekend neer komt op 3 cent per kilo. Wij vinden dat als je praat over het stimuleren van ophalen en hergebruik van dit soort materialen, je toch eens zou moeten nagaan in hoeverre niet op dat soort activiteiten een premie gezet zou moeten worden. Als je dan praat over een relatieve meeropbrengst van 3 cent per kilo uit- spaarstortkostenkun je dan eens niet aan, los van de garantie fondsen en bodemprijzen richting papiergroothandel, bijvoor beeld 1 2 of 3 cent denken in de richting van diegenen die in feite al een jaar lang blijk geven van een stuk milieubesef. Wij zijn niet zo kapot van aanbeveling 24 inzake de papier structurering. In aanbeveling 29 zegt U dat U in feite een na der onderzoek wilt doen naar een honorering van het principe de vervuiler betaalt. Dat lijkt heel aardig. Kunt U dat niet de tailleren in de sfeer van het zwerfvuil, zoals zich dat voor doet op straten, pleinen en in de wijken. Het principe de ver vuiler betaaltleidt dan al heel gauw tot de situatie dat er in de wijken mensen wonen, dat die mensen burgers van Breda zijn en dat het gewoon een ordinaire rechtstreekse lastenverzwa ring voor alle Bredase inwoners betekent. Wat ons betreft staat dat in contradictie met het collegevoorstel en het raadsbe sluit, wat nog niet zo lang geleden hier genomen is in de sfeer van de minicontainersDe minicotainers op zich hebben al ge zorgd voor een relatieve lastenverlichting in de richting van de Bredase burger. Eén van de bijkomende argumenten was dat met name langs die weg van huisvuilinzameling het zogeheten zwerf vuil zou worden bewerkt. Ik vind het prematuur dat uitgerekend dat subject nu onderwerp moet gaan uitmaken voor een principe- onderzoek naar de mogelijkheden van de vervuiler betaalt. U komt daar ook een beetje op terug bij aanbeveling 35 als het gaat om het financiële traject. U legt dan in feite een relatie tussen die vervuiler betaalt, de lastenverzwaring voor de Breda se burger en het verhaal van een aanvaardbare overbrugging van meer lasten van afvalverwerking. U gaat in onze ogen wat gemak kelijk voorbij aan het economische wetmatige principe dat als je alles gaat doorrekenen, per saldo het altijd zo zal zijn dat de eindverbruiker, de consument, de Bredase burger, het kind van de rekening wordt. Als je praat over het principe de vervui ler betaalt, in de sfeer van heffingen en aanslagen in de rich ting van het bedrijfsleven, dan zullen dat soort kosten gaan drukken op de produkten die vervolgens in de prijs aan de consu ment in rekening worden gebracht. Ik vind dat we eerlijk moeten zijn. Hoe je het ook wendt of keert, de kosten van de milieuver vuiling komen op het bordje van U en mij. Daarom vind ik dat er toch nog eens even gestudeerd moet worden op dat principe. Voor alsnog moeten we niet automatisch dat principe loslaten op het vraagstuk vervuiling woonomgeving. Wij vinden dat een wat enge begrenzing en wij zijn bang voor de uitkomsten daarvan. Tot slot aanbeveling nr. 35 die gaat over de aanvaardbare overbrug ging van de kostenstijging in de sfeer van de afvalverwerking. Het zijn geen aanbevelingen waar je het mee oneens kunt zijn.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1986 | | pagina 39