26 JUNI 1986
401
opnieuw gepraat zou kunnen worden. Wat dat betreft speelt deze
motie daarop in. Die geeft op een gegeven moment ook aan: dat
is toegezegd en nu wordt het weer eens tijd om daar te gaan pra
ten. Gegeven die toezegging vind ik het enigszins overbodig als
ondersteuning aan het college. Ik vraag me af of het op dit mo
ment zin heeft om te gaan praten met demissionaire bewindslie
den. Het is zinvol dat gesprek weer te gaan voeren, zeker rela
terend aan hun eigen toezeggingen in die gesprekken. Wij hebben
dus geen problemen met deze motie.
Mevrouw PAULUSSEN
De motie van de P.v.d.A. heeft dezelfde inhoud als één van de
amendementen die wij hadden willen indienen, en dat was de
P.v.d.A. bekend. We vinden het jammer dat de ongeschreven poli
tieke afspraken, nl. als je iets ergens gedeponeerd hebt, je
dat niet zonder overleg overneemt, niet nagekomen zijn.
De heer MARTENS
Voor de duidelijkheid wil ik het volgende zeggen. Ik heb in de
commissie werkgelegenheid en economische zaken over deze zaak
uitvoerig gesproken. Ik heb zelfs aan de wethouder gevraagd het
mee naar het college te nemen en eventueel in de commissie fi
nanciën bij de zaak te betrekken, want het is eigenlijk een
zaak van financiën. Toen heeft mevrouw Paulussen geen woord ge
rept over deze problematiek. Wij vinden het nodig om niet meer
en niet minder aan het college te vragen om bij de participan
ten binnen het Industrie- en Havenschap Moerdijk en bij de rege
ring opnieuw proberen te onderhandelen.
Mevrouw PAULUSSEN
Ik was bij de commissievergadering aanwezig waar de heer Mar
tens dat naar voren heeft gebracht. Ik heb toen niets gezegd om
dat op dat ogenblik, en dat was de heer Martens waarschijnlijk
bekend, die amendementen bij de PvdA-fractie gedeponeerd
waren en er zou nog overleg plaatsvinden. Laat er geen misver
stand over bestaan. We zijn met de inhoud van de motie akkoord;
we wilden dit alleen toch uitdrukkelijk naar voren brengen. We
zijn tegen het voorstel van het college.
De heer GARRITSEN
Op zich heb ik geen problemen met de motie, maar ik neem aan
dat het college zal gaan doen wat hierin staat. Er is geen ande
re oplossing. Als het college antwoordt, is de motie misschien
overbodig, maar dat zien we dan wel.
Wethouder SANDBERG
De heer De Zwart vraagt of wij in staat zijn per 19 augustus
a.s. een notitie op te stellen, waarin de actuele stand van za
ken met betrekking tot de financiële merites van het I.H.M. tot
uitdrukking komen. Ja, daar zijn we toe in staat; die gegevens
zijn produceerbaarIk mag ook namens de voorzitter van de com
missie financiën toezeggen, dat die notitie aldaar geagendeerd
kan worden. Op voorhand is duidelijk, dat die notitie over de