30 OKTOBER 1986
625
ten dat de interpellatie geen escalerende werking gehad zou heb
ben. Nu de beantwoording uitgesteld is, kunnen we ons daar in
vinden.
De heer DE ZWART
Gehoord hebbende de mededeling vooraf en de mededeling van beide
collega's, waarvan ik de strekking in grote lijnen kan onder
schrijven, ga ik akkoord met de voorgestelde procedure.
De heer DE BRUIJN
We hadden geen problemen met de interpellatie. Er staan wel eni
ge onjuistheden in de tekst. Gelet op onze behandeling in de
commissie algemene zaken is het logisch dat wij deze interpella
tie goedkeuren.
De VOORZITTER
Zijn er nog meer stemverklaringen? Mijnheer Garritsen, een
stemverklaring over Uw eigen voorstel lijkt mij niet zinvol.
De heer GARRITSEN
Ik heb getracht om wegen te vinden om geen interpellatie aan te
vragen. Ik zal dat straks in de eerste termijn nog wel duidelijk
aangeven. Ik wil dit nu toch wel duidelijk maken en de zaak ter
interpellatie aan de orde stellen. Dit was voor mij de enige
mogelijke manier om op dit moment de raad te bewegen om tot een
discussie en mogelijk een uitspraak over deze zaak te komen. Het
is jammer, dat het college op dit moment geen antwoord geeft.
Ik besef heel goed, gezien de vragen die ik bij de interpellatie
ingediend heb, dat het een omvangrijke zaak is. Ik vind het heel
jammer en eigenlijk onjuist als de V.V.D. zegt dat de beantwoor
ding later kan komen. Er zijn voorbeelden genoeg uit het verle
den, waarbij er interpellaties aangevraagd zijn, de zaak wel me
teen beantwoord werd en er een discussie plaatsvond.
De heer TAKS
Heeft hij het dossier niet gelezen, voorzitter?
De heer GARRITSEN
Ik neem aan dat U mijn interpellatieverzoek wel gelezen heeft?
Daar kom ik nog op terug.
De VOORZITTER
Ik begrijp dat Uw raad unaniem de interpellatie wilt toestaan.
Dat is het geval. Ik kom nu toe aan de Interpellatie van de heer
Garritsen en ik geef hem graag het woord.
De heer GARRITSEN
Ik heb kennisgenomen van een brief, gedateerd 26 september, van
de gekozen leden van de medezeggenschapscommissie Daarin werd
medegedeeld, dat zij het vertrouwen in de voorzitter van de
medezeggenschapscommissie hadden opgezegd. Dit is belangrijk ge
geven. De geschiedenis en de historie van de brandweer is ieder
een uitvoerig bekend. Op het moment dat het vertrouwen in de