30 OKTOBER 1986 639 De heer GARRITSEN In de commissie is gebleken dat, en dat heb ik begrepen van de heer Hoebing van de P.S.P., niet alleen de P.S.P., maar ook de andere partijen gezegd hebben dat het moeilijk is om zo'n be groting met een enorme summiere toelichting te beoordelen. Het is heel moeilijk om de stand van zaken bij het I.H.M. te toet sen. Een begroting is enorm belangrijk: ga Je wel of niet ak koord, met die zaak, hoe moet Je verder en wat voor mogelijkhe den zijn er? Er zou eigenlijk een uitgebreide toelichting bij moeten. Bekend zou moeten zijn het beleid wat Je in feite voert, het acquisitiebeleid, en wat Je ervan verwacht. Je kunt wel zeg gen: Je neemt een bepaald bedrag op; we hebben dat in de gemeen teraad gevoteerd, maar wat zijn de resultaten? Wat schat Je in dat het op gaat leveren als Je die bedragen uitgeeft? Dat moet eigenlijk duidelijk zijn, zoals de inhoudelijke invulling van het terrein en de optieverlening van de P.N.E.M. Als Breda zou den we een oordeel daarover moeten hebben en een standpunt moe ten innemen, ook al zijn we over het algemeen niet bevoegd om te zeggen: dat mag wel of dat mag niet. Je moet toch zeggen van wat willen we op dat terrein? Het I.H.M. zelf heeft dat in feite na gelaten bij de begroting. De gemeente zou zelf maar eens met een notitie moeten komen. Het wordt natuurlijk een beetje moeilijk als Je zelf aangeeft: welke richting willen we op? Ik proef bij het college vaak dat ze zeggen, dat er een tweesporenbeleid is. Aan de ene kant zegt men dat het I.H.M. een zelfstandig orgaan is, die moet onderhandelen over de financiële gang van zaken. Anderzijds schrijft het college zelfstandig brieven in de rich ting van Den Haag inzake die situatie. Dat laatste is inderdaad een hele zinnige zaak. Voor Je eigen positie moet Je los van het I.H.M. opkomen. Op dit moment sta Je voor de goedkeuring van de begroting. D'66 zegt: in feite dek Je allerlei tekorten naar de toekomst; Je hebt ze beter in de hand, maar waar Je uitkomt is echt onberekenbaar. Ik wil niet zover gaan als de heer Van Dongen. Hij zegt: leg de rekening maar weg bij Rotterdam, want die heeft er ook invloed op uitgeoefend. Dat zal niet zo erg lukken. Gezien de financiële situatie van Breda, moet er toch wel keihard een claim in de richting van Den Haag komen te lig gen. Dat moet eigenlijk iets zijn wat het I.H.M.de provincie en Breda oppakt. Er moet nog veel harder gespeeld worden omdat met name alle bezuinigingen over ons heen komen en de gelden, die naar het I.H.M. gaan, in feite heel daadwerkelijk gevoerd worden in Breda over allerlei mensen die toch al veel moeten inleveren. Wij hebben in de commissievergadering ons onthouden van het oordeel over de begroting. We hebben er nog eens over gepraat. Anders dan het C.D.A. is onze conclusie, dat we toch eigenlijk tegen deze begroting zijn. Over dit soort omvangrijke dingen moet Je toch niet op deze manier besluiten. Wethouder SANDBERG De heer de Bruijn constateert terecht, dat de tekortsituatie volgens de begroting op dit moment een bedrag van 2,9 miljoen gulden aangeeft. Daar tegenover staat een dekking van verkopen van gronden, die op dit moment berusten bij domeinen conform de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1986 | | pagina 639