30 OKTOBER 1986
649
Den Boer en Berkhout, slaat ook heel nadrukkelijk op de aanvra
gen ln eenzelfde verband. Er zitten daar strikte voorwaarden
aan; de lokale overheid verleent daar zijn bijdrage aan. Het is
duidelijk dat dat slechts een bijdrage is voor de eerste aanzet.
Er leven bij ons echt nog een aantal plannen om die zaak uit te
breiden. Van datgene wat thans wordt opgezet, kunnen we een eva
luatie over een jaar toezeggen. Dat is ook door de heer Brokx
van de Hoge School West-Brabant toegezegd.
De VOORZITTER
Boks, die andere heet Brokx.
Wethouder SANDBERG
Boks uiteraard. Hoe zal de uitbouw verder gestalte krijgen? Wij
zijn voornemens om niet alleen naar Den Haag te gaan, maar er
liggen ook contacten op dit moment met het bedrijfsleven om met
hen daaraan vorm te geven. Wat dat betreft pak ik heel positief
de suggestie van de heer De Boer op om te proberen aan die
branche-organisaties, in welke samenwerkingsvorm ook, een ver
dere uitbouw te gaan geven. Dat zou een instrumentarium kunnen
zijn. Het is bij uitstek geschikt om de kloof tussen onderwijs
en arbeidsmarkt in enige mate te overbruggen. Dat is een toch
niet onbelangrijke doelstelling van het te voeren beleid.
Akkoord.
329. EEN KREDIET VOTEREN VAN TEN HOOGSTE f 260.000,-- VOOR HET
SCHRIJVEN EN UITGEVEN VAN DEEL III nDE GESCHIEDENIS VAN
BREDA, 1795 - CA. I960".
Mevrouw NEEB-WIEGERSMA
De V.V.D.-fractie wil het college prijzen voor zijn historisch
besef om voor nu en voor later de geschiedenis van Breda op een
verantwoorde wijze vast te leggen. Ons nageslacht wordt eveneens
hierdoor in staat gesteld om hun ouders en vooral hun voorouders
te begrijpen. Wij hopen op een grote verspreiding van dit boek
werk, niet alleen als gemeentelijk representatiegeschenk, maar
ook en vooral voor de gewone burger, die hier uiteindelijk aan
heeft meebetaald.
Mevrouw BOIDIN-VAN HOEVE
Het C.D.A. vindt het een uitstekende zaak om een krediet te vo
teren voor het schrijven en uitgeven van deel III van de ge
schiedenis van Breda. Het begonnen werk moet volgens het oordeel
van mijn fractie gestimuleerd worden en de geschiedschrijving
moet afgerond worden met deel III. Onze stad, die rijk is aan
cultuur en historie, kan zich op deze manier voor het eerst op
deze wijze presenteren. Het is belangrijk dat er naarstig ge
zocht wordt naar derden, die kunnen bijdragen aan de kosten. We
willen aandacht vragen voor de publiciteit rond het boek. Juist
uit historisch oogpunt wanneer het boek in 1990 verschijnt, moet
daar goede aandacht voor zijn.