30 OKTOBER 1986
67^
Onze fractie zal, indien het nodig is, de weg tot het weren van
de civiele procedures niet blokkeren, maar zelfs ondersteunen.
Wij zouden het op prijs stellen wanneer wij op de hoogte worden
gehouden van alle relevante feiten dienaangaande, desnoods in
een besloten gedeelte van de commissie ruimtelijke ordening en
grondbedrijf. Kunt U ons die toezegging doen?
Wethouder WELSCHEN
Ja.
Akkoord.
319. VASTSTELLEN VAN BEGROTINGSWIJZIGINGEN.
Akkoord.
RONDVRAAG
Van de gelegenheid tot het stellen van vragen wordt geen gebruik
gemaakt
De VOORZITTER
Dan zijn we gekomen aan het einde van de vergadering en dat
geeft mij aanleiding om toch nog een enkel woord tot U te zeg
gen. Dames en heren, een kort woord tot ons scheidend raadslid
de heer Van Asseldonk. Kort, niet vanwege de tijd, maar omdat
wij van hem al enige tijd afscheid hebben genomen als wethouder.
Het was de uitdrukkelijke wens van de heer Van Asseldonk om het
kort te houden. We hebben dat laten sonderen; hij wilde op zeer
bescheiden wijze een einde aan zijn politieke carrière in deze
stad maken, geen grote recepties voor stad en ommeland, maar
eenvoudig aan het eind van een gewone raadvergadering zeggen:
bedankt en wegwezen. Ik wil toch een enkel woord zeggen. Uit het
feit dat U op deze wijze wilt vertrekken, blijkt een van Uw
goede eigenschappen: Uw bescheidenheid. U bent niet iemand die,
hoewel je best zag dat hij er was zich bewust zich op de voor
grond drong. Integendeel. Ik heb U in de jaren dat ik het voor
recht had met U te mogen samenwerken, leren kennen als een
uiterst bescheiden bestuurder. Dat wil niet zeggen dat hij an
dere eigenschappen had zoals vasthoudendheid, grote mate van
inzet en enthousiasme voor de taak waarvoor U gesteld was. Ik
wil daar niet te veel zeggen, omdat ik dan weer zijn wethouders
periode begin te herdenken, terwijl hij toch vanaf 197^ al lid
van deze raad is. De periode 197^ tot 1986 betekent twaalf jaar
grote verdiensten voor onze stad. De wijze waarop U zich in onze
stad heeft bewogen heeft toch een bepaalde indruk gemaakt. Dat
heeft niet alleen tot resultaat gehad dat U bij de verkiezingen
een bijzonder hoog aantal voorkeurstemmen wist te werven, maar
anderzijds heeft U bij de burgers van Breda een indruk gewekt
van een bekwaam en bijzonder sympathiek bestuurder. U was met Uw
charmant en geestig optreden vaak een bindend element in de
gremia waarin U werkte. Ik kan dat met name uit het college zeg
gen. Wij hebben telkens met veel plezier genoten van Uw inbreng,
ook wanneer het wel eens moeilijk was. U wist het dan toch zo te