27 NOVEMBER 1986 711 concurreren, dan moet Breda de eigen positie versterken. Dat houdt o.a. in dat we werken aan het voorkomen van de leegloop van de stad. Naast de woningwetwoningen die we kunnen bouwen, moet er aandacht zijn voor de marktsector. De nieuwe plannen in de Haagse Beemden als Asterd e.d. geven die richting aan. De po sitie van de stad versterken houdt ook in, dat we komen tot een verdere verdichting, zoals in de Hoge Vucht en in relatie tot het groenstructuurplan. Bij dat laatste moeten ten aanzien van de te bebouwen stukken groen duidelijk de ruimtelijke ordenings aspecten de doorslag geven. Een visie op de stad behoort meer te omvatten, bv.: waar nog werkterreinen, waar nog kantoren, hoe met recreatie inspelen op de vele vrije tijd, hoe vergrijzing opvangen, hoe groen en hoe historisch willen we de stad houden en uitdrukkelijk hoe betalen we dat? Nu stadsvernieuwing en Haagse Beemden over de helft zijn, moeten we ons opnieuw oriën teren. In dit kader wil ik nog een opmerking ter zijde plaatsen. Uitdrukkelijk willen wij, dat het beeld van de stad versterkt wordt. We beseffen hoe beeldbepalend elke ingreep in de stad kan zijn. We denken hierbij niet alleen aan de verdere vormgeving van de Haagse Beemden, maar ook aan de gebouwen die de laatste tijd in de binnenstad zijn verrezen. In de commissie is de toe zegging gedaan, dat op de kwaliteitsbewaking teruggekomen kan worden; aardig, maar wanneer? Uitdrukkelijk wensen wij het socia le aspect bij de stedelijke vernieuwing ook te zien. Immers, bij dat aspect is versterkte aandacht nodig voor de criminaliteit die met name het leefmilieu aantast. Vorig jaar is door aanname van een V.V.D.-motie een werkgroep ingesteld. Die club draalt nu een jaar en zal met concrete projecten moeten gaan komen, maar op basis van welke prioriteit? Wij vragen per motie om daar meer duidelijkheid over te geven. Dringend willen we daarbij wijzen op de afspraken, gemaakt in het program-akkoord, over de aanpak van een aantal buurten, la Geeren-NoordBelangrijk bij be strijding van met name de kleine criminaliteit, is de preventie, de remmende werking van bepaalde maatregelen. In die zin wil ik ook uitdrukkelijk vragen naar een samenhangend beleid. In de commissie algemene zaken is nogmaals aan de orde geweest het drugsbeleid inzake zowel de hulpverlening, als de justitiële kant. Die preventieve maatregelen moeten een onderdeel zijn van het verbeteren van het leefklimaat in de directe woonomgeving. Elk van die verbeteringen is afhankelijk van een ingewikkeld samenspel van beleid én het activeren van alle betrokkenen. Mi nister Korthals-Altes stelt in het beleidsplan "samenleving en criminaliteit", dat de geijkte middelen niet meer toereikend zijn om crimineel gedrag te beteugelen en dat de maatschappij zich in al haar geledingen moet inzetten voor die beteugeling. De bezuinigingen op sociaal-cultureel werk lijken dan wel het laatste wat in aanmerking komt. Volledig wegbezuinigen van so ciaal-cultureel werk komt ons inziens in strijd met de liberale traditie in het welzijnswerk, zeker daar waar de liberale poli tiek altijd de betekenis van sociale integratie heeft onderschre ven. In de politienota pleit men eveneens voor handhaving en zo mogelijk uitbreiding van het sociaal-cultureel werk voor jonge ren. Als er dan toch al bezuinigd moet worden op sociaal-cultu-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1986 | | pagina 711