27 NOVEMBER 1986 746 getuigt wel van moed. Of het ook politiek verstandig is, wens ik te betwijfelen. Indien het rijks- en provinciaal beleid geen ruimte laat om een verantwoord beleid te voeren, dan kun je beter een rechts beleid door rechtse politici laten uitvoeren. Het zijn niet alleen de keuzes, die het kabinet Lubbers II maakt, die ons de das om doen. Lokaal maken we ook keuzes, waar bij het welzijnswerk vaak ondergesneeuwd wordt. Dat treffen we overal aan in de binnenstad. Wil er in de binnenstad een sociaal woonklimaat ontstaan, dan zullen er noodzakelijke voorzieningen moeten komen. Gebeurt dit niet, dan kunnen we er zeker van zijn, dat wonen in de binnenstad een tijdelijke zaak is. Slechts jonge ren en ouderen zullen we dan aantreffen. Het niet doorgaan van een buurthuis in Valkenberg en Haagpoort en de kortingen die de welzijnsinstellingen krijgen, betekenen de doodsteek voor het wo nen in de stad. Als je daarbij betrekt de versterking van de com merciële activiteiten onder andere tot uiting komende door de vestiging van de kolossale Tolbruggaragede uitbreiding van het aantal kantoren in en direct rondom het centrum en een vestiging van een Casino, dan is het gevaar voor een onleefbare stad groot. Dat deze keuzes van het college niet onze keuzes zijn, is bekend. De P.S.P. kiest anders. Om het welzijnswerk in de binnen stad beperkt tegemoet te komen, dien ik een motie in die als strekking heeft: de gelden voor parkeervoorzieningen uit het fonds stadsvernieuwing te bestemmen voor de nieuw op te richten federatie sociaal-cultureel werk. Dat geld zou aangewend dienen te worden voor stadsvernieuwingsactiviteiten. Tenslotte vraag ik de wethouder of hij bereid is een welzijnsplan voor de binnen stad aan de gemeenteraad aan te bieden, nadat dit plan met bewo ners en instellingen opgesteld is. Over het openbaar onderwijs het volgende. Zowel in het program-akkoord als in de toelichting op de begroting wordt gesproken over het bevorderen van de keuze vrijheid naar de verschillende richtingen van het onderwijs. In die zin zijn we verheugd over het voornemen van een denominatie- onderzoek en dat dit met een uitgebreide vraagstelling gebeurt. De verhouding roomskatholiek en openbaar/bijzonder neutraal on derwijs is in Breda 3 1. Kijken we naar het middelbaar en ho ger beroepsonderwijs, dan is die situatie nog vele malen slech ter. Het bevorderen van de keuze- vrijheid betekent, zeker in het licht van een dalend leerlingen- aantal, dat er verschuivin gen moeten komen ten gunste van het openbaar onderwijs. Om niet bij voorbaat de resultaten van het onderzoek te laten sneuvelen, vraag ik het college op welke wijze zij vorm denkt te geven aan haar verantwoordelijkheid ten aanzien van het openbaar onder wijs. In het buurtplan Paradijs in de Haagse Beemden, dat on langs is behandeld in de commissie ruimtelijke ordening, wordt aangegeven dat er 2 lokaties zijn voor het voortgezet onderwijs. Kan de wethouder aangeven welke initiatieven hij hier heeft geno men en welke hij gaat nemen? De P.S.P. heeft in het verleden in deze raad een motie ingediend, die helaas is verworpen, waarin we aandrongen om nogmaals overleg te plegen met de instellin gen, met de geledingen van het openbaar onderwijs om te bezien of er een school voor openbaar voortgezet onderwijs mogelijk is. Wij zouden graag van het college of van de wethouder vernemen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1986 | | pagina 746