1 DECEMBER 1986
795
tweede H.U.G.-bezuiniging aan binnen de sector maatschappelijke
dienstverlening. Het C.D.A. heeft gevraagd hoe deze bezuiniging
gerealiseerd gaat worden. De stand van zaken is op dit moment
als volgt. Ik meen dat de heer Römkens zich opnieuw aangesproken
voelt, maar dat is niet de bedoeling. Op dit moment zijn de drie
betrokken instellingen I.M.W., J.A.C., en S.O.S. bezig met een
integratie-onderzoek. Gemeenschappelijk is er de wens om zo min
mogelijk op uitvoerende functies te bezuinigen. Vanuit die visie
wil men komen tot een organisatorische en inhoudelijke samenwer
king. Vóór 1 januari moet dat onderzoek klaar zijn. Invoering
van de resultaten kan op z'n vroegst 1 april 1987. Om te waar
borgen dat de taakstelling ook in het eerste kwartaal zijn be
slag krijgt, zullen in overeenstemming met de instellingen tijde
lijke maatregelen worden getroffen, zoals vacaturestop, niet ver
vangen bij ziekte e.d.. Met name P.v.d.A. en C.D.A. hebben vra
gen gesteld over het ouderenbeleid. In de commissie hebben we
reeds een eerste maal de nota "Ouderen doen mee" besproken. Met
die nota hebben we een belangrijke aanzet gegeven om in te kun
nen spelen op de toekomstige ontwikkelingen in onze bevolkingssa
menstelling. Tijdens de commissiebehandeling is door een ieder
gevraagd om een stappenplan. Invulling van een dergelijk stappen
plan is echter afhankelijk van de financiële mogelijkheden, die
pas bij de vaststelling van de al eerder en vaker genoemde Kader
nota 1988 zichtbaar worden. Wij zijn echter desalniettemin van
plan de nota In januari aan de raad aan te bieden om de beleids
uitgangspunten vast te kunnen leggen en U na de Kadernota het
stappenplan te doen toekomen. Met de nota menen we ook de verko
kering van het ouderenbeleid tegen te kunnen gaan. Immers, in de
nota is een belangrijke plaats ingeruimd voor de eerstelijnsvoor
zieningen voor ouderen, met name gezinszorg, kruiswerk, maat
schappelijk werk en huisartsen. Het versterken van de wijkfunc-
tieconsulent ouderenwerk heeft o.a. ten doel de samenhang en
samenwerking waar nodig te verbeteren. Binnen ons streven naar
samenhang wijzen we tenslotte op de functie van de stichting
Ouderenwerk. Recreatieve activiteiten voor ouderen in sociaal-
culturele centra vinden bijvoorbeeld plaats vanuit die stich
ting. Sprak ik zoeven nog over een hopelijk tijdig inspelen op
een verandering van onze bevolkingssamenstelling, het ouderen
beleid, dan dien ik te constateren dat op een ander vlak maat
schappij noch overheid door tal van oorzaken in staat zijn ade
quate antwoorden te vinden. Het betreft hier specifiek de eman
cipatie van de vrouw; een culturele ontwikkeling die ten onrech
te door sommigen nog steeds gezien wordt als 'n voorbijgaand,
modieus verschijnsel. Indertijd heeft Uw raad 47 aandachtspunten
vastgesteld. De laatste voortgangsrapportage is in november jl.
in de commissie M.D.S.O. aan de orde geweest. De bijgevoegde no
titie, waarin met name gepoogd werd de coördinatie zichtbaar te
maken, zal zijn vervolg krijgen in een aantal voorstellen van B
W om door middel van een strakkere bestuurlijke en ambtelijke
begeleiding de mogelijkheden te vergroten om die 47 aandachtspun
ten geëffectueerd te krijgen. Wij stellen ons voor om bij behan
deling van de evaluatie van de emancipatie-adviesraad en later
parallel aan de Kadernota met nadere voorstellen naar Uw raad te