3 DECEMBER 1986 809 als de belastingtarieven zo laag mogelijk worden gehouden. Te recht heeft de wethouder van financiën gewezen op het effect, dat de hoogte van de tarieven heeft op het vestigingsklimaat in Breda. Deze overwegingen wegen voor de V.V.D.-fractie zwaarder dan het budgettaire voordeel als gevolg van structurele tariefs verhogingen. Voor zover door ons voor de komende jaren is aange drongen op extra activiteiten zoals bestuurlijke maatregelen ter bestrijding van de criminaliteit, inclusief de verbetering van de drughulpverlening, hebben wij er met nadruk op geduid, dat de daartoe benodigde financiële ruimte zou moeten worden gevonden binnen de functionele budgetten door het stellen van prioritei ten en door herschikking van middelen. Tegen deze achtergrond achten wij ons ten volle gerechtigd nu te pleiten voor een te rughoudend tarievenbeleidAls in de nabije toekomst de heffings mogelijkheid voor de onroerend-goedbelasting wordt verruimd, dan dreigt het gevaar dat te snel naar dat instrument zal worden ge grepen om de begroting sluitend te maken. De beste bescherming van de burger daartegen is hantering van een strikte norm zoals door ons is bepleit. Wij hebben er begrip voor dat het college op dit moment, nu nog begonnen moet worden met de voorbereiding van de Kadernota, niet zover wenst te gaan dat toepassing van het systeem van inflatie-aanpassing met ingang van 1988 al wordt toegezegd. Wel hebben we een dringend beroep op het college ge daan, niet te volstaan met het louter bespreekbaar maken van het onderwerp bij de Kadernota, maar nu duidelijk de bereidheid uit te spreken zich tot het uiterste in te spannen om terugkeer naar het systeem mogelijk te maken, met andere woorden om een inspan ningsverplichting aan te gaan. Het getuigt van politieke moed, dat de wethouder van financiën na een interruptie onzerzijds die uitdaging is aangegaan, daarvoor onze waardering. Met genoegen hebben wij mevrouw Rattink beluisterd toen ze in haar pleidooi voor de versterkte aandacht van de bestrijding van de crimina liteit in herinnering riep dat vorig jaar bij de begrotingsbe handeling door aanvaarding van een V.V.D.-motie de werkgroep "Aanpak kleine criminaliteit" is ingesteld. Daarmee wordt ons, de eerlijkheid gebiedt dat te zeggen, teveel eer bewezen. Be doelde motie beoogde namelijk niet de instelling van deze werk groep want dat initiatief was al door de burgemeester aangekon digd. De strekking van de motie was een ondersteuning van het initiatief, waarbij tevens werd gevraagd te onderzoeken of het preventie-beleid door een criminaliteitsbeheersingsplan zou kun nen worden ondersteund. Deze motie is echter mede door toedoen van de P.v.d.A.-fractie verworpen; kennelijk naar nu blijkt als gevolg van een misverstand. Overigens zijn we het nu met de bur gemeester eens, dat de bij motie nummer 2 door de P.v.d.A.-frac tie gevraagde stappenplan tendeert naar het door ons gewenste criminaliteitsbeheersingsplan. Hoewel we de voorkeur hadden en hebben voor een dergelijke meer gestructueerde aanpak, lijkt het ons op dit moment het beste op de ingeslagen weg voort te gaan. Gebleken is namelijk dat deze meer adhoc-achtige aanpak ook tot goede resultaten leidt. Het lijkt ons wel goed ook eens in her innering te roepen, dat bij de Kadernota 1987 wel een V.V.D.-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1986 | | pagina 809