3 DECEMBER 1986 812 wethouder van onderwijs heeft terecht geconstateerd, dat wij de uitkomsten van het denominatie-onderzoek afwachten. Wij willen dan wel dat de vraagstelling zo is geformuleerd dat de uitkom sten niet voor tweederde hervatbaar zijn. Voorkomen moet worden dat straks interpretatieverschillen rijzen. De heer De Zwart heeft erop geduid toen hij opmerkte dat de commissie onderwijs zich nader zou moeten beraden over de te volgen procedure bij de interpretatie. Daarom herhalen we nu onze vraag die niet beant woord is. Mogen we er vanuit gaan, dat de vraagstelling van het denominatie-onderzoek zodaning is dat uit het onderzoek een dui delijk beeld naar voren kan komen van de behoefte aan diverse onderwijsrichtingen? Gezien de bijzondere betekenis die wij aan bepaald onderwijs hechten, zijn wij met het college verheugd over de ontwikkelingen rond het basisonderwijs in de Haagse Beem den. Gezien de verwachte groei van het leerlingenaantal in deze wijk, ziet ook het openbaar voortgezet-onderwij s daar een plaats. Vandaar dat we het met de PvdA-fractie eens zijn over de vestiging van de samenwerkingschool voor voortgezet-on derwij s in de Haagse Beemden. Motie nr. 3 is inmiddels vervangen door een meer op het openbaar-onderwijs toegesneden gezamenlijke motie van P.v.d.A. en V.V.D. mede ondertekend door D'66. De heer DE BRUIJN Gelet op Uw lankmoedigheid behoeft de tweede termijn in een min der sneltrein-tempo te worden afgewerkt dan de eerste termijn, voor zover dat door iedereen is kunnen worden gevolgd. De VOORZITTER Nou, U moet U toch aan de 10 minuten houden. De heer DE BRUIJN Ik zal het proberen met de lankmoedigheid in mijn achterhoofd. Allereerst ben ik blij met hetgeen U in Uw eerste termijn gezegd heeft over de lange termijnvisie, die we als Breda moeten ontwik kelen om de toekomst van de stad duidelijk voor ogen te hebben en om de bezuinigingen in een bepaald kader te kunnen plaatsen. Onze algemene beschouwingen waren ook in die richting gesteld. Het is heel goed dat we daar als raad met z'n allen aan trachten te werken. Wat teleurstellend vinden wij Uw antwoord wat betreft het referendum waarbij U constateert dat een landelijke grote po litieke partij, U niet geheel vreemd, besloten heeft om het refe rendum niet in haar doelstellingen op te nemen. Wij zijn van me ning dat in de huidige grondwet reeds mogelijkheden aanwezig zijn. Het zal ons, ondanks de landelijke ontwikkelingen dienaan gaande, niet van weerhouden eventueel toch met een notitie naar de commissie algemene zaken te komen. De heer TAKS Wat voor referendum bepleit U nu eigenlijk, een verplicht bin dendreferendum of een consultatiefreferendum? Dat laatste kan volgens de huidige grondwet, maar het bindendreferendum niet.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1986 | | pagina 812