3 DECEMBER 1986
831
gedekt moet worden. Derhalve kan het college niet met die motie
meegaan
De heer DE BRUIJN
Het hele verhaal van de wethouder cultuur komt me toch wat merk
waardig over als er gepraat wordt over een interimoplossing. Er
is eerder gesproken over een beleid wat ten grondslag ligt aan
het niet opvullen van een functie dan een interim-oplossing. Is
het beleid weer bijgesteld of hoe zit het met het beleid? Als de
wethouder constateert dat er een gat geslagen wordt, dan moet
hij ons niet daarop aankijken. Twee maal is door de raad duide
lijk uitgesproken; we willen eerst een beleid duidelijk vastge
steld zien, daarover gediscussieerd hebben en niet naar aanlei
ding van een discussie-notitie want in plaats daarvan zou een
beleidsnotitie komen. Die komt niet; dat is volkomen begrijpe
lijk, want iedereen heeft het enorm druk. Pas na die discussie
over dat beleid zouden we die invulling gaan doen. Die is nu ge
geven en dan zegt de wethouder namens het college, dat wij een
gat slaan. Dat is niet juist. Wij kunnen alleen nog geen bezui
nigingen aangeven, want die nota is er nog niet.
Wethouder HOFSTE
Ik zeg niet dat U een gat slaat. Ik zeg dat, wanneer Uw motie
zou worden aangenomen, er dan een gat geslagen wordt. Dat is
niet in overeenstemming met het voorstel van het college en daar
om wijst het college Uw motie af.
De heer DE BRUIJN
Wat heeft het college dan met die moties gedaan waarin duidelijk
eerst om een beleidsnotitie werd gevraagd. Mag ik daaruit conclu
deren niets?
Wethouder HOFSTE
Ik heb U gezegd, en dat heb ik in eerste termijn heel uitvoerig
besproken, hoe wij een beleid willen opzetten en tegen welke
achtergrond. Ik heb U bovendien gezegd om welke reden het niet
mogelijk was om eerder naar buiten te treden. Uit de clustering
van een aantal zaken en o.a. die in de historische sector voorge
steld is, zien wij inderdaad de mogelijkheid om daar een bedrag
van grossomodo f 100.000,te bezuinigen zonder aantasting van
de functie. Integendeel, ik geloof dat, omdat we de functie op
een andere wijze inzetten die juist een grote meerwaarde krijgt.
De heer DE BRUIJN
Geloven vind ik best, maar ik wil die nota hebben waarnaar de
raad gevraagd heeft. Mijn conclusie over hoe het college met on
ze moties omgaat, blijkt correct te zijn, want de wethouder
zegt: "die nota moet nog komen".
Wethouder HOFSTE
Ik zeg U dat de contourennota, en dat is ook een antwoord op de
vraag van de heer Taks, nog voor de Kadernota zal verschijnen.