3 DECEMBER 1986 842 We nemen dat graag mee. Ik kan daar nu niet namens het college op antwoorden. We zullen dit bespreken in het college en U zult van het college via de portefeuillehouder een antwoord krijgen op Uw verzoek ter behandeling in de commissie. Ik heb nauwelijks moeite om te verwachten, dat die toezegging er wel zal komen om erover te praten. De heer DE ZWART Ik mag aannemen dat U wanneer U praat over de betrokkenheid van de raad bij de samenstelling en de voorbereiding van nota's die in de weg van de besluitvorming komen, de discussie wilt verbre den tegen de achtergrond van de betrokkenheid van de raad bij het bestuur. De VOORZITTER Ja, ik heb begrepen dat die uiteraard verbreed wordt. Wacht U maar op de contourennota. Mevrouw Rattink heeft gevraagd: kunnen we in de eerstkomende vergadering niet eens daarover praten? Mevrouw RATTINK Ik zou in de eerstkomende vergadering van cultuur graag over dat idee verder willen praten met het college. De VOORZITTER Ja, ik neem dat mee naar het college. Ik zeg U toe dat wij dat komende woensdag in het college zullen bespreken. De heer TAKS Gevoelsmatig neigen wij ernaar om onze stemmen aan deze motie te geven. Bij ons bestaat veel ongenoegen over de wijze waarop het overleg met de commissie cultuur is gevoerd. We moeten in het oog houden, dat het in de politiek niet gaat om gevoelens maar om feiten. Wij willen niet riskeren, dat we een motie aannemen waaraan financiële, technische consequenties verbonden kunnen zijn. Er is op gewezen dat er een gat in de begroting geschoten kan worden. Wat heeft het voor zin om een beslissing aan te hou den, als je niet de mogelijkheid op het oog hebt die die beslis sing zou kunnen inhouden en je de maatregelen niet uitvoert. We willen het risico niet nemen, maar we willen wel de wethouder op het hart binden de komende maanden al het mogelijke te doen om het overleg met de commissie te verbeteren, zodat de contouren nota straks in een goede samenspraak met de commissie cultuur in de raad in behandeling komt. Ik reken er op dat de wethouder zich tot het uiterste in zal spannen. De heer DE ZWART Wij hebben begrepen dat in de begroting als het ware een voorbe- reidingsbesluit was ingebakken. Inzake het tegengaan van ongewen ste ontwikkelingen uit datgene wat van de zijde van het college naar voren is gebracht bij de toelichting op dit punt zijn wij gesterkt in onze ideeën hieromtrent. Dat betekent dat aanname van deze motie zou betekenen, dat je het ingebakken voorberei-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1986 | | pagina 842