18 DECEMBER 1986 859
dat het redelijk lijkt, maar hij weigert dat in relatie te bren
gen met de uitkeringen van de minima. Ik heb gevraagd naar een
Inkomensontwikkeling tussen werkenden en niet-werkendenDan zou
het helder worden. Ik kan dat niet zo oplepelen, maar misschien
heeft de wethouder wel deskundigen, die dat op een rij kunnen
zetten. Hij heeft geweigerd in de commissie daarop in te gaan en
dat doet hij nu weer. Als je dat nou naast elkaar zou zetten,
dan zou je een heel vertekend beeld kunnen krijgen. Je moet zeg
gen: er is al herhaaldelijk een aanslag gedaan op de mensen met
een uitkering en een minimuminkomen. Iedere keer opnieuw wordt
daar een aanslag op gedaan. Mensen die opnieuw moeten intekenen,
zegt de wethouder, zijn hetzelfde geld kwijt dan als het kind
thuis is. Hij weet wel als P.v.d.A.-wethouder hoe het met de
minima gesteld is en hoe en op welk niveau zij leven. Op dat mo
ment is de bereikbaarheid van de voorzieningen in het geding.
Dat sprak mij ook heel sterk aan. In de motie om uitstel wordt
inderdaad gezegd: de bereikbaarheid staat centraal en die kun je
pas goed beoordelen als je het hele plaatje bij elkaar hebt. Na
tuurlijk ben ik ook tegen een concurrentie tussen kinderdagver
blijven en peuterspeelzalen als het vanwege de tarieven zou
zijn. Het zijn hele andere voorzieningen en daarom is het een
hele erge adhoc-maatregel op dit moment. Er wordt op geen enkele
wijze rekening gehouden met de inkomenssituatie van werkenden en
niet-werkenden. Er liggen redelijke argumenten op tafel en ik
vind het nog steeds jammer dat het college niet positief op de
motie ingaat.
De heer GARRITSEN
Over de kosten is er wat medegedeeld. Het gaat over een kortere
periode is gezegd, maar het ging er mij om dat je toch met inko
mensafhankelijke tarieven werkt en je moet behoorlijk wat muta
ties verrichten. Gezien de kosten voor de korte periode, is het
weinig zinvol om dit nu te gaan uitvoeren. Als je het netto-re
sultaat bekijkt, dan kun je moeilijk volhouden dat het hier gaat
om behoud van voorzieningen. Je moet die zaak evenwichtiger af
wegen en ik stel voor om de motie van de P.v.d.A. te ondersteu
nen. Ik zou graag de mening van de P.v.d.A.-wethouder over de
P.v.d.A.motie willen horen.
De VOORZITTER
Dat merkt U wel bij de stemming. Nu wordt het collegestandpunt
verdedigd door wethouder van Raak.
Mevrouw PAULUSSEN
Dat is een unaniem standpunt. Er worden vaak ook minder- of meer
derheidsstandpunten bekend gemaakt vanuit het college met argu
menten. Het lijkt mij een hele belangrijke zaak om dat te mogen
horen
De VOORZITTER
U bent te voorbarig. Dat merkt U aanstonds wel.
Wethouder VAN RAAK