18 DECEMBER 1986 873
wc
Nagenoeg alle sprekers zijn vol lof over de rapportage van de Vc
C.I.O.B.-commissie. Ik geloof dat best weer eens gezegd mag wor
den dat er buitengewoon hard door de commissie wordt gewerkt p€
o.a. aan de uitwerking van de plannen zoals ook het voorliggende nc
plan. We hebben er uitvoerig in de commissie over gesproken, dus
ik kan het nu heel kort houden. Mevrouw Paulussen en de heren De jv[€
Leeuw en Garritsen hebben gevraagd naar de beschikbare midde- j£
len. Het is zo dat met het onderwijsveld, en ik heb dat ook in
de commissie gezegd, is afgesproken om de middelen beschikbaar
te stellen t.b.v. het informatica-onderwijsDat is een besluit pj
geweest, zoals ik heb begrepen, van begin vorig Jaar. Verder is hC
afgesproken om het geld te middelen en het zo tien Jaar lang be- p£
schikbaar te houden. Om die reden had en heb ik niet de vrij- p3
heid, althans dat vindt het college, om het te veranderen. Het
besluit is een raadsbesluit. Als nadrukkelijk door het onder- Mc
wijsveld wordt gevraagd om het geld zo in te zetten, dan moeten De
we het niet anders doen. De C.I.O.B.-commissie heeft wel een an-
dere begroting ingediend. Ik ben graag bereid, en dat wil ik toe- Hc
zeggen, om nog eens met het onderwijsveld te overleggen, als er vc
bijvoorbeeld het volgend Jaar enige ervaring is, of dat aanlei- Z(
ding zou moeten zijn tot bijstelling van de beschikbaarstelling b3
van de middelen. T.a.v. de verantwoording is het zo dat ik ge- m£
zegd heb, dat het mandaat in de richting van het college vol- tc
doende zou moeten zijn in de sfeer van het afleggen van verant- V(
woording over die beschikbare middelen. Als de vraag gesteld
wordt door de heer De Leeuw en de dames Heessels en Paulussen om i-
de commissie te informeren over de resultaten van de werkgroep, tc
dan ben ik daar graag toe bereid. Ik ben overtuigd dat ook de m(
C.I.O.B.- commissie graag bereid is om, als dat wenselijk geacht g£
wordt, over de zaken nog eens met de commissie opnieuw te spre-
ken. Het is van groot belang dat een ieder de grote betekenis C(
van het informatica-onderwijs onderkent. Extra gelden zijn niet n;
beschikbaar, indien dat de vraag zou zijn van mevrouw Heessels. Z(
We hebben dat niet en we moeten dat dus niet suggereren. Het
moet binnen die beschikbare middelen gebeuren. Dat is de
C.I.O.B.-commissie zich zeer wel bewust. Daar denkt men ook niet j]
aan wijziging. Om die reden kan het college niet meegaan met de m<
motie van mevrouw Paulussen. Wel ben ik graag bereid in de p£
commissie onder Uw aandacht te brengen de rapportage, zoals die e<
in de motie genoemd is. Z(
wc
Mevrouw PAULUSSEN e]
Het antwoord van de wethouder is verre van overtuigend. Er is k<
geld beschikbaar voor tien Jaar. Hij zegt: ik heb afgesproken v;
met het onderwijsveld om het budget te middelen. De motie vraagt
om te bezien, na overleg met het C.I.O.B. of met het onderwijs- g(
veld, of tot de instelling van het C.I.O.B. en tot deze rappor
tage gekomen kan worden. Ik begrijp niet waarom de wethouder p,
niet bereid is om dat op dit moment te doen. Met name uit de p(
kringen van het C.I.O.B. is heel uitdrukkelijk naar voren ge- G]
bracht, en ook nog na de commissievergadering, dat zij ontzet- e)
tend blij zouden zijn, wanneer het beschikbare budget voor die
tien Jaar, zeker in de startfase flexibeler ingezet zou kunnen