18 DECEMBER 1986 896 deelplannen wel aanwezig Is. Ik heb begrepen dat de wethouder dit toegezegd heeft in de commissie milieu en energie. Als hij bereid is die toezegging hier nog een keer te herhalen, dan zou den wij dat erg plezierig vinden en op grond daarvan zouden we akkoord gaan met het voorstel. We vinden de reconstructie van het park op zich zeer noodzakelijk. We hadden liever een andere ligging gezien van het sociaal-cultureel centrum, maar we gaan toch uiteindelijk met dit voorstel akkoord. Tot slot hechten we eraan dat in de toekomst, bij verdere plannen over die ecolo gische en planologische visie uitgebreid in de commissie en raad gepraat kan worden. De VOORZITTER Ik stel voor dat wethouder Welschen begint en zonodig kunnen de overige leden van het college aanvullende antwoorden geven. Wethouder WELSCHEN Het voorstel is simpel, maar het wordt helaas door vermengingen met andere dingen toch wat ingewikkelder gemaakt. Ik wil het graag terugbrengen tot zijn simpelheid. Er is bij de milieu dienst op een gegeven moment de behoefte gevoeld om het park te reconstrueren. Bij de welzijnsdienst is behoefte ontstaan om een betere locatie te vinden en überhaubt tot bouw van een fatsoen lijk centrum over te kunnen gaan. Langzamerhand krijgen wij de mogelijkheid om op andere plekken in de stad, buiten de binnen stad, stadsvernieuwingsbuurten en de Haagse Beemden, te kijken naar nieuwbouw voor bejaardenwoningen. Wij hebben die drie be leidsvoornemens op elkaar laten vallen en dat is echt niet zo lang geleden gebeurd als de heer Garritsen suggereert. De vraag om daar woningen in te brengen, is vlak voor of vlak na de ver kiezingen voor het eerst concreet aan de orde geweest. Er is naast die drie eenvoudige zaken een tweetal andere kwesties aan de orde gekomen en die hebben de zaak ingewikkeld gemaakt. Die twee andere zaken zijn het verschijnen van een groenstructuur plan en een uitwerking zuidoost, waar dit in past, maar we had den er ook sec mee naar U toe kunnen komen. Daarnaast is er een groot verhaal over het ouderenbeleid, waarin die woningen en steunpunten zijn opgenomen. Ook zonder die nota waren we met dit voorstel naar U toegekomen. Je zit nu wel in de situatie dat je dit op zich redelijk eenvoudige voorstel tegen die beleidsachter- gronden moet gaan vertellen aan de raad en aan de buurt. Daar is verwarring over ontstaan. Over de woningtypes is gevraagd, en ik dacht dat dat van de P.v.d.A. kwam, hoe zit dat? Kunnen we t.a.v. de zaken die voor ouderen gerealiseerd worden zo snel mo gelijk bij M.D.S.O. het één en ander ter informatie krijgen? Wat M.D.S.O. doet, zal de heer Van Raak U ongetwijfeld vertellen. Over woningtypes het volgende. Woningbouwvereniging St. Joseph is in deze zaak opdrachtgever; die zal het plan gaan ontwikke len. Er is een verzoek om te kijken naar vormen van enige mate van centraal wonen. Zo gauw als daar plannen komen, kunnen we in de commissie volkshuisvesting bekijken hoe die erin passen, maar men is daar goed mee aan het werk. Het C.D.A. merkt op: het grondbedrijf heeft correct gehandeld, maar het is allemaal wel

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1986 | | pagina 896