10 MAART 1987 132 mee de Invloed als partij of raadslid verliest. Ik geef dat als persoonlijke mening, want we hebben gisteren niet tot 02.00 uur over dit onderwerp zitten praten. De P.S.P. heeft geen aanvul lende voorstellen of vragen meer in mijn sector gesteld. Wethouder RöMKENS Nagenoeg alle fracties hebben gesproken over de noodzaak om te gen de achtergrond van de afspraken in het program-akkoord bij deze kadernota een meerjarenperspectief te presenteren, dat be- antwoort aan een jaarlijks sluitende begroting. In feite vindt via deze kadernota een invulling plaats van de gemaakte afspra ken bij het program-akkoord. Wanneer tegen deze achtergrond het geraamd tekort per 1990 beschouwd wordt, is het goed te beseffen dat hierin tevens voorzien is de invulling van de afspraken in eerdergenoemd program-akkoord voor het realiseren van nieuw be leid tot een bedrag van 3»6 miljoen. Los van de door sommigen gememoreerde onevenredige kortingen van rijkswege in het verle den, mag tegelijkertijd geconstateerd worden dat, in vergelij king met de presentatie van de begroting 1987 zich een aantal meevallers manifesteert. Het voert te ver om stil te blijven staan bij de constatering van evenredigheid en/of compensatie via het bestuursakkoord. Feit blijft dat de collegepartijen met elkaar hebben afgesproken een jaarlijks sluitende begroting te presenteren waartoe deze kadernota voorstellen behelst. Op grond van de nu bekende gegevens kom ik dan tot de conclusie dat, reke ning houdend met een aantal capaciteitsverruimende maatregelen, een noodzakelijk bezuinigingsbedrag resteert van 8,7 miljoen in 1990. Ten aanzien van deze bezuinigingen is door het college voorgesteld om gespreid over de jaren 1988 tot en met 1990 hier aan invulling te geven. Dit betekent dat de door D'66 gevraagde toepassing van de methodiek stadsvernieuwing geen opgeld kan doen. Immers, de totale bezuinigingsoperatie dient in samenhang te worden gezien, waarbij realisering in de loop van de komende jaren fasegewijs gestalte dient te krijgen. Tegen die achter grond kan het amendement van D'66, in het bijzonder toegespitst op de sportsector, dan ook niet door het college worden overge nomen. Het is fundamenteel strijdig met de voorgestelde metho diek. Wij adviseren D'66 dan ook dit amendement in te trekken. De heer DE BRUIJN Het voorstel van de wethouder verbaast ons niets, laten we het iets anders formuleren. Wethouder RöMKENS U ziet hoe dicht we bij elkaar staan. Het belangrijkste onder deel in vergelijking met de presentatie van de begroting 1987 is de voorgestelde inzet van de goodwill-vergoeding die wij verkre gen hebben van het Enwa. De uitgangspunten voor de inzet van de ze goodwill zijn tweeërlei; enerzijds de noodzakelijke verster king van de algemene reserve en anderzijds de inzet van de res terende 43,5 miljoen in een periode van 20 jaar. De achterlig gende gedachte bij deze inzet vindt zijn oorsprong in de opbouw van de goodwill-vergoeding, welke immers ook uitging van een meerjarige periode. Ik ben het eens met de V.V.D-fractiedat uitsluitend inzet van de rente tot een eeuwigdurende uitkering

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1987 | | pagina 132